Op vers aangetaste takken vormt de schimmel snel een donker gekleurd mycelium. Later ontwikkelen zich hieruit twee verschillende vruchtlichamen. De zwart gekleurde schijnvruchtlichamen (Macrodiplodiopsis dasmazieresii) ontstaan al snel onder het schorsweefsel (periderm) van aangetaste twijgen en dunnere takken. In oudere aangetaste delen ontstaat de hoofdvruchtvorm (Splanchononema platani).
Massaria­ziekte
Begin hier
Verspreiding en aantasting
Biologie
Een oudere benaming voor de schimmel is Massaria platani, waarvan de term massariaziekte is afgeleid. Splanchnonema platani is een saprofiet en een zwakteparasiet.
De schimel kan er voor zorgen dat verzwakte twijgen en onderstandige gesteltakken afsterven. Verzwakte bomen, bomen op slechte groeiplaatsen of met een tekort aan water, zijn vatbaar. De schimmel kan zo ook gezonde takken aantasten.
Soms zijn bij de vorming van bastnecrose ook andere zwakteparasieten in het spel, bijvoorbeeld Cryptosporiopsis, Phomopsis en Diplodia. Dit bevestigt de algemene verzwakking van de betreffende bomen.
Op droge standplaatsen is het schadebeeld nadrukkelijker te zien dan op plaatsen waar de watervoorziening beter is. Droge en buitengewoon warme perioden hebben een bepalende invloed op de ontwikkeling van de massariaziekte.
In Frankrijk is het de schimmel gelukt om bij een situatie van grote waterstress door te dringen in de stam, waardoor jonge bomen afstierven. In Zuid-Duitsland is intussen ook gebleken dat de schimmel in staat is de gesteltakken van ernstig verzwakte halfwasbomen aan te tasten.
De bevindingen in Italië, Frankrijk en de Verenigde Staten tonen aan dat de massariaziekte zowel op de Platanus occidentalis als op de Platanus orientalis en op de hybride Platanus x hispanica voorkomt.
In Europa zijn tot nu toe geen andere waardbomen voor deze schimmel bekend, dan het geslacht Platanus. In de Verenigde Staten wordt zo nu en dan ook de esdoorn aangetast door de massariaziekte.
Maatregelen
In de praktijk betekent dit herhaaldelijk wegsnoeien van aangetaste takken. Op de langere termijn dunt de onderkroon uit en dit geeft een minder fraai aanzien: de onderkant van de kruin wordt snel kaal en licht.
Regelmatige watergift is noodzakelijk om de conditie en de vitaliteit van de boom te verbeteren. Dit geeft soms problemen in de binnensteden. Van groot belang is de watergift tijdens droge zomerse perioden.
Ook gebrek aan personeel en het ontbreken van middelen bij boomeigenaren voor de noodzakelijke boomverzorging kunnen een rol spelen. De verbetering van de groeiplaatsomstandigheden vraagt maatregelen op de middellange en langere termijn.