De eikenprocessierups is de larve van een nachtvlinder, de eikenprocessievlinder (Thaumetopoea processionea L.). In het najaar legt het vrouwtje van deze soort haar eitjes op de takken van eikenbomen, bij voorkeur in de bovenste helft van de boomkroon. In het voorjaar, begin april, komen de oranjegekleurde rupsen uit de eitjes tevoorschijn.
Dossier
Eikenprocessierups
Begin hier
Algemeen
Verspreiding
De plaag van de eikenprocessierups begon in 1991 in Nederland met de ontdekking van enkele nesten in een wegbeplanting in het zuiden van Noord-Brabant. Sindsdien heeft de rups zich steeds verder naar het noorden toe uitgebreid.
Beleid en wetgeving
Gemeenten en boomverzorgers beginnen in het begin van het jaar al met het voorbereiden van de komst van de eikenprocessierups. Niet alleen moeten ze bepalen welke bestrijdingsmethode ze willen toepassen, maar ook moet er rekening worden gehouden met de wetgeving.
Bestrijding
Particulieren wordt afgeraden met de rupsen zelf aan de slag te gaan, vanwege de kans op verspreiding van brandhaartjes. De mogelijkheden voor het gebruik van bestrijdingsmiddelen zijn beperkt, omdat die schadelijk kunnen zijn voor andere insecten en vogels.
Handeling bij klachten
De eikenprocessierups kan in hogere dichtheden een bedreiging vormen voor de menselijke gezondheid. De risico's worden vooral veroorzaakt door de vrijkomende brandharen (half mei-juli) en bij de verdere verspreiding van deze brandharen door verwaaiing uit spinselnesten en van lege nesten (juli-september).