In Nederland komen nu drie soorten Aziatische duizenknopen voor die vaak worden aangeduid als Japanse duizendknoop: de Japanse (50%) (Fallopia japonica), Sachalinse (10%) (Fallopia sachalinensis) en Boheemse duizendknoop (40%) (Fallopia x bohemica (F. japonica x sachalinensis))
Leefgebied
De Japanse duizendknoop groeit op zonnige tot licht beschaduwde plaatsen op verschillende grondsoorten. De grond moet echter niet te droog of voedselarm zijn. Plaatsen waar je de plant tegen kan komen zijn spoordijken, braakliggende terreinen, wegbermen (ook middenbermen van snelwegen), rivierkribben, bosranden, beekoevers en tuinen.
Verspreiding via wortelstokken en stengels
Verspreiding gaat vooral via wortels en stengels. Een klein stuk stengel (een knoop) of wortel (0,7 gram) kan weer uitgroeien tot een nieuwe plant. Wortelstokken en stengels van Japanse duizendknoop breken gemakkelijk en vormen elders nieuwe planten.
De Japanse duizendknoop die in Nederland voorkomt kan zich niet via zaden voortplanten omdat de meeldraden steriel zijn. Echter zijn recent mannelijke planten gevonden waardoor verspreiding via zaad wél mogelijk is. Daarmee kan de snelheid van verspreiding toenemen.
Verspreiding door de mens
Menselijk handelen vormt het grootste risico voor de verspreiding van de soort over grotere afstanden. Transport van grond met wortelstokken en het dumpen van tuinafval zijn belangrijke bronnen van verspreiding. De plant kan ook gemakkelijk door stomend water verspreid worden.