Aangescherpte regels voor gewasbescherming buiten de landbouw
Het verbod op professioneel gebruik van alle gewasbeschermingsmiddelen geldt al sinds 31 maart 2016. Per 1 november 2017 is dit verbod aangescherpt en is het ook gaan gelden voor onverharde oppervlakten. Toch waren er uitzonderingen.
Sportterreinen
Zo mochten groenvoorzieners, gemeenteambtenaren of beheerders nog wel onkruidbestrijdingsmiddelen toepassen waar het noodzakelijk is om de veiligheid te waarborgen, bijvoorbeeld op spoorbanen of op locaties waar draaiende motoren niet zijn toegestaan. Daarnaast was bestrijding van een bepaalde ziekte, plaag of onkruid toegestaan waar dat maatschappelijk of bedrijfsmatig nodig is. En er gold een uitzondering voor sportterreinen of recreatieterreinen omdat daarvoor nog onvoldoende niet-chemische mogelijkheden beschikbaar waren.
Lijsten
Per 1 april 2020 zijn die uitzondering aangescherpt. De uitzondering geldt nu alleen voor een onkruid, schimmel of insecten, waarvoor het gebruik van een gewasbeschermingsmiddel momenteel onvermijdelijk is omdat een andere effectieve bestrijdingsmethode nog niet beschikbaar is. Er zijn nu lijsten met uitzonderingen opgesteld, die gepubliceerd zijn in de Staatscourant.
Zo mag je nu geen gewasbeschermingsmiddelen meer inzetten ter bestrijding van ambrosia, zuurbes, rimpelroos, dwergmispel, trosbosbes, esdoorn, grauwe, witte abeel, reuzenberenklauw, moeraslantaarn en de buxusmot. Voor sportvelden en golfbanen is er een overzichtslijst van onkruiden, keversoorten en schimmels waarvoor een uitzondering geldt.
(Bron foto: juan gomez via Unsplash)