Nieuws

Beheersing van muizenplagen

Afgelopen winter deed zich een grote muizenplaag voor. Het zwaartepunt van de plaag lag in Friesland. Wat was de oorzaak van die plaag? En hoe kun je het voorkomen?

Tijdens het hoogtepunt van de muizenplaag van afgelopen winter, van januari tot maart 2015, zorgden muizen voor schade in een gebied van 48.000 hectare in Friesland. Het betrof vooral graslandpercelen op veen en klei .Meer dan 900 bedrijven zware schade aan de graslanden. Er kwamen ook veel meldingen uit Groningen, Noordwest-Overijssel (polder Mastenbroek) en de Eempolder. De economische schade door deze muizenplaag werd door LTO Noord becijferd op ruim 73 miljoen euro. Het Faunafonds heeft bij meerdere bedrijven schadebedragen getaxeerd van meer dan € 100.000,-.

Terugkerend

De satellietbeelden van de schade spraken tot de verbeelding. De aangetaste graslanden zagen er uit als een bruine gatenkaas. De muizenplaag haalde het landelijk nieuws, maar nieuw is het niet. Al eerder, in 2004-2005, was er een uitbraak. Wat zijn de oorzaken van die plotselinge uitbraak? En hoe kun je het voorkomen? Om die vragen te beantwoorden gaven overheden en organisaties opdracht voor een onderzoek. In januari 2016 verscheen het onderzoeksrapport 'Terugkerende muizenplagen in Nederland: inventarisatie, sturende factoren en beheersing'.

Veldmuis

De veroorzaker van de plaag is de veldmuis, een muis die in heel Nederland voorkomt, vooral in het buitengebied. Ze graven een gangenstelsel op zo'n 30 cm diep. De muizen eten vooral grassen, granen en soms insecten. De muizen kunnen zich bij gunstige omstandigheden explosief ontwikkelen, en dat is precies wat vorig jaar gebeurde. Een muis is 14 dagen na de geboorte al geslachtsrijp en kan na een draagtijd van zo'n 3 weken 5 tot 6 jongen per keer baren. Onder goede omstandigheden kunnen 10 vrouwtjes in april zorgen voor een populatie van 10.000 muizen in het najaar.

Omstandigheden

Er zijn muizenarme jaren, rijke jaren en om de vier of vijf jaar is er een piekjaar. Vorig jaar was zo'n piekjaar. Omdat de omstandigheden gunstig waren, droge zomer en droog najaar, was die piek erg hoog. Maar niet alleen weersomstandigheden spelen een rol. Muizen blijken het goed te doen op drogere grond, grond met een grondwaterpeil dieper dan 80 cm. Bovendien hebben ze een voorkeur voor een open landschap. Omdat er weinig bosjes zijn, zijn er ook minder roofvogels. En ze hebben er een hekel aan wanneer koeien in het land staan.

Handleiding

Het rapport en bijbehorende brochure 'Muizenplagen 2014-2015' noemt verschillende bestrijdingsmethoden en preventieve maatregelen. De brochure eindigt met een praktische handleiding voor veehouders. Zo is het raadzaam, indien mogelijk, het waterpeil te verhogen, nestegelegenheid te bieden voor kerkuilen en torenvalken en graslandpercelen kort te maaien voor de winter. Boeren die muizenoverlast constateren, kunnen dat melden op een pagina van LTO Noord.

(Bron foto:Wikimedia Dieter td)