Beleid zou samenwerking agrariërs moeten stimuleren
Onderwerp
kringlooplandbouw, meststoffen, veevoer, veldbonen
Interessant voor
akkerbouwers, melkveehouders, adviseurs, beleidsmakers
Bij uitdagingen als bodemkwaliteit, klimaat, natuur of inrichting van het landschap haal je met een samenwerking sneller en eenvoudiger goede resultaten. Dat stelt Martijn Buijsse, projectleider van ‘Pilots samenwerking Akkerbouw en Veehouderij’. In deze proef werken 21 agrariërs samen in zes pilots in vijf gebieden: Noord-Nederland, Twente, Achterhoek, Flevoland en De Peel. De samenwerkingen gaan bijvoorbeeld over lokale eiwitteelt voor veevoer en het streven naar gezamenlijke bouw- en bemestingsplannen.
Hobbels in regelgeving
In de praktijk blijkt dat het landbouwbeleid niet is ingericht om samenwerkingen te stimuleren. In Drenthe werken een akkerbouwer en melkveehouder al jaren samen. Ger Evenhuis en Reind Katerberg doen aan perceelruil, daarnaast neemt akkerbouwer Evenhuis mest af van melkveehouder Katerberg. Andersom gaat er gerst van de akkerbouwer naar de veehouder. Maar de agrariërs zien hobbels in de administratie en regelgeving. Als voorbeeld noemt Evenhuis het invullen van de Gecombineerde opgave. “Het ene jaar moet ik slootjes en landschapselementen invullen, het volgende jaar er weer uithalen en dan moet de veehouder ze weer invullen.”
Onduidelijke regelgeving
De splitsing tussen veehouderij en akkerbouw is sinds de Tweede Wereldoorlog gemeengoed in de landbouw, en dat laat zich ook zien in het beleid. Voorzitter Tineke de Vries van LTO Akkerbouw en Vollegrondsgroente ziet kansen voor bijvoorbeeld samenwerkingen rondom mest. Veehouders kunnen hun mest beter kwijt en akkerbouwers kunnen meer kapitaalsintensieve gewassen telen. Maar doordat beleidsmakers niet kijken naar het grote geheel komen dergelijke samenwerkingen te weinig van de grond. De Vries: “Er is zoveel onduidelijk dat we in de praktijk horen dat vooral veehouders kopschuw worden om mee te werken aan grondruil.”
Gestripte mest in de akkerbouw
In De Peel werken melkveehouder Teun Wientjes en akkerbouwer/varkenshouder Bart Peters samen binnen de pilot ‘Samenwerking Akkerbouw en Veehouderij’. In deze video vertellen zij over hun samenwerking, waarbij gestript digestaat uit de monovergister van de melkveehouder wordt gebruikt als meststof bij de akkerbouwer. Door het strippen wordt ammoniumstikstof sterk verlaagd, waardoor de verwachting is dat ammoniakemissie bij het uitrijden daalt. Ook zou er minder uitspoeling moeten plaatsvinden.
Pilot de Peel - Kringlooplandbouw Akkerbouw & Veehouderij
Bron: Wageningen Livestock Research
Samenwerking rond veevoergewassen
In het Groningse Zoutkamp werken een akkerbouwer en een melkveehouder samen rondom de teelt van voedererwten. Het gewas wordt geteeld op het akkerbouwbedrijf van de familie Gaaikema, die ook de uitvoering van de teelt voor hun rekening neemt. Vervolgens voert buurtgenoot Joost van ’t Klooster het product aan zijn melkkoeien en gaat mest van zijn bedrijf naar de teelt van de voedererwten.
“Je moet elkaar vertrouwen en kennen, dan komt het goed.”
Ook veldbonen is een interessant gewas voor samenwerking tussen akkerbouw en veehouderij. Veldbonen passen in de zoektocht naar meer lokaal eiwit. Anne Vandelannoote, voedingsadviseur rundvee bij Aveve Veevoeding, ziet potentie om veldbonen als eiwitgrondstof voor rundveevoeding vanwege de voederwaarde. In Vlaanderen is onderzoek gedaan naar het toasten van veldbonen, waardoor het product langer houdbaar is.