Daling gebruik bestrijdingsmiddelen door overheid
In 2013 heeft de overheid ruim 25000 kg chemische bestrijdingsmiddelen gebruikt, blijkt uit cijfers van het CBS. Dit is nagenoeg hetzelfde als in 2009, een halvering van het gebruik sinds 2005 en 65% lager dan in 1992. Het gebruik bestaat vrijwel volledig uit onkruidbestrijdingsmiddelen en voor driekwart uit middelen op basis van glyfosaat.
Verhardingen
Het merendeel, 20.000 kilo, bijna 80%, werd toegepast op verhardingen en spoorbanen. Alleen op verhardingen werd in 2013 ongeveer 15000 kilo toegepast, 20% minder dan in 2001, toen was dat nog 18700 kilo. Het gebruik van glyfosaat op spoorbanen is in deze periode met 40% afgenomen.
Afspoeling
Het gebruik van chemische onkruidbestrijdingsmiddelen op verhardingen vormen een risico voor verontreiniging van grond- en oppervlaktewater. Afspoeling van de middelen is een probleem. Begin jaren negentig zorgde verontreiniging met diuron er soms voor dat de inname van oppervlaktewater voor de drinkwaterproductie gestopt moest worden. Nadat dit middel in 1999 verboden werd, was de aandacht meer gericht op het voorkomen van afspoeling van glyfosaat.
Duurzame onkruidbeheer
Vanaf 2015 is ook het gebruik van glyfosaat op verhardingen verboden. Er is nu meer aandacht voor de methode Duurzame OnkruidBeheer op Verhardingen (DOB methode) waarbij mechanische onkruidbestrijding plaatsvindt. Uit de rapportage van CBS blijkt dat de toepassing van mechanische onkruidbestrijding door de overheid langzamerhand stijgt, maar er is een verschuiving van borstelen van verharding naar thermische methoden van onkruidbestrijding, met heet water en stoom.
De cijfers van het CBS hadden betrekking op 2013. De rapportage verschijnt elke vier jaar. Omdat in 2017 ook de chemische onkruidbestrijding in stedelijke beplantingen wordt verboden, zal de volgende rapportage een ander beeld geven.
(Bron foto: Pixabay)