Derde ingreep bij varkens ter identificatie langer toegestaan
Extra oormerk
Op basis van artikel 2.7 van het Besluit diergeneeskundigen zijn maximaal twee ingrepen toegestaan ter identificatie van een dier. Bij varkens betreft dit een Identificatie en Registratie (I&R) merk op jonge leeftijd en een slachtblik dat wordt ingebracht op het moment dat het varken wordt afgevoerd ten behoeve van de slacht. Daarnaast wordt door varkenshouders bij oudere fokvarkens een extra oormerk aangebracht ter individuele herkenning van de dieren. Dit oormerk beschikt over meer functionaliteiten dan het I&R-merk zoals bijvoorbeeld een chip die gebruikt wordt in het kader van het individueel voeren van de varkens in groepshuisvesting. Ook wordt het oormerk bijvoorbeeld gebruikt voor het automatisch wegen van de varkens en voor het geautomatiseerd huisvesten in groepen. Deze derde identificatie-ingreep was nog tot 1 juli 2014 toegestaan en derhalve niet opgenomen in het Besluit diergeneeskundigen, dat met ingang van diezelfde datum van kracht is geworden.
Werken aan praktijkrijp alternatief
Omdat er door de sector nog geen goed alternatief is gevonden voor de derde ingreep, stelt staatssecretaris Dijksma het verbod met 2 jaar uit. De sector-organisaties verwachten nog minimaal anderhalf jaar nodig te hebben om een werkbaar en praktijkrijp alternatief te hebben. Met het project 'Mijn varken' heeft de LTO vakgroep varkenshouderij 2 jaar geleden het initiatief genomen om tot een alternatief te komen. Na 1 juli 2016 zal een derde ingreep niet meer aan de orde kunnen zijn, en dit wordt geregeld met een besluit tot wijziging van het Besluit diergeneeskundigen. Tot inwerkingtreding van dat besluit geldt een vrijstellingsregeling.
(Bron foto: Netwerk RFID