Nieuws

Dierenwelzijn: Voor een duurzame en gewaardeerde dierhouderij

Om het beleid rond dierenwelzijn te ondersteunen is in 2012 in opdracht van het ministerie van Economische Zaken door Wageningen UR een aantal onderzoeken uitgevoerd binnen de kaders van het programma Dierenwelzijn (BO-12.02-002).

In de jaarrapportage 'Dierenwelzijn: Voor een duurzame en gewaardeerde dierhouderij' wordt verslag gedaan van de voortgang en de resultaten die dit onderzoeksprogramma heeft opgeleverd in 2012.

Jaar vol veranderingen

Het jaar 2012 was een jaar dat gekenmerkt werd door veranderingen. De brede implementatie van het topsectorenbeleid en de veranderde aansturing van onderzoek die daarmee gepaard gaat, de val van het kabinet Rutte1 en de aanhoudende laagconjunctuur maakten dat partijen zich moesten herschikken. Daardoor ging er veel van hun aandacht naar het zoeken van een nieuwe positionering. Dat resulteerde in een ‘rommelig’ jaar waarin van onderzoekers en beleidsmedewerkers de benodigde flexibiliteit en het vereiste incassatievermogen is gevraagd. Desondanks zijn een flink aantal dringende beleidsvragen van een gedegen onderbouwing voorzien. Veel van de onderzoeken in 2012 kwamen tot stand naar aanleiding van Kamervragen, moties en toezeggingen van de bewindspersoon. Met dit onderzoek ondersteunt Wageningen UR het beleid met betrekking tot dierenwelzijn.

Dierenwelzijn als brugpijler

Megastallen, stalbranden, onverdoofd slachten en natuurlijk bovenal de ‘plofkip’ figureerden in 2012 prominent in de maatschappelijke en politieke discussie over de veehouderij in Nederland. Vaak ging het debat over meer dan alleen het dierenwelzijn, maar het werd wel vaak langs die weg aangezwengeld. Het lot van dieren die ten behoeve van de mens gehouden worden, grijpt inmiddels aan op diepere emoties bij mensen. Daarmee is het een brugpijler geworden onder de gewenste verbinding tussen duurzame veehouderij en samenleving. Dieren worden inmiddels alom beschouwd als wezens die emoties en pijn kunnen ervaren, en waarmee mensen respectvol behoren om te gaan. In de veehouderij betekent dit dat huisvesting en verzorging tegemoet moeten komen aan de soortspecifieke behoeften en gedragingen van het dier.

Hoofdlijnen onderzoek

Het welzijn van en de zorg voor het dier vormt een belangrijk element van een integraal duurzame veehouderij. Welzijn houdt onder andere in dat dieren gezond zijn en dat tegemoet wordt gekomen aan hun natuurlijke behoeften. Betrouwbaar en onpartijdig wetenschappelijk onderzoek is onontbeerlijk bij het vinden van oplossingen voor knelpunten op allerlei gebied, op zowel de korte als op langere termijn. Een heel centrale en fundamentele opdracht aan de wetenschap is het objectief meetbaar maken van het welzijn van dieren, op zo’n manier dat het mogelijk wordt om het dierenwelzijn op het bedrijf en in de keten doelgericht via kwaliteitszorgmanagement te borgen. Daarbij zijn de bruikbaarheid van de meetmethoden en de acceptatie ervan in de praktijk bepalend voor het succes. Het onderdeel Dierenwelzijn voor het beleidsondersteunend onderzoek in 2012 bouwde voort op de volgende vier onderzoekslijnen:

  • Houderijsystemen afstemmen op de soortspecifieke behoeften van het dier: best practices;
  • Diergericht meten en monitoren van dierenwelzijn;
  • Managementalternatieven en innovaties gericht op natuurlijk gedrag en op stoppen met ingrepen bij dieren;
  • Verbeteren van transportcondities en verbeteren van methoden voor doden van dieren.


(Bron foto: Wageningen UR Livestock Research)