Nieuws

Discussie over verduurzaming vleeskalverhouderij

Samenvatting
  • Onderwerp
    Dierenwelzijn, Vleeskalverhouderij, Verduurzaming
  • Interessant voor
    Vleesveehouder
Bekijk de bronnen
De Nederlandse vleeskalverhouderij importeert jaarlijks bijna 800.000 kalveren en produceert meer dan 200.000 ton kalfsvlees. Het merendeel daarvan is bestemd voor de export. Er is discussie over verduurzaming van de kalverhouderij. Moeten we naar een importvrije vleeskalverhouderij?

De Nederlandse consument eet in vergelijking met andere landen niet veel kalfsvlees: jaarlijks niet meer dan 1,3 kilo per persoon. Toch is Nederland met een marktaandeel van 31% de grootste kalfsvleesproducent van Europa. Per jaar worden er in Nederland ongeveer 1,5 miljoen kalveren geslacht. Ruwweg de helft van die kalveren is afkomstig van Nederlandse melkveehouders, ongeveer 800.000 kalveren worden jaarlijks geïmporteerd uit andere Europese landen. Het grootste deel van de meer dan 200.000 ton geproduceerd kalfsvlees wordt geëxporteerd naar onder meer Italië, Frankrijk en Duitsland en in toenemende mate ook China en Amerika.

De vraag rijst of de import van zoveel kalveren wel van deze tijd is. Wat is de impact op dierenwelzijn, milieu of bijvoorbeeld stikstof- en fosfaatemissie? Een artikel in vakblad V-focus gaat in op de discussie rond de vleeskalverhouderij die in Nederland 'onder druk' staat.

Importbeperking

De Nederlandse vleeskalverhouderij ontstond in de jaren zestig toen door de groei van de Nederlandse melkveehouderij een overschot aan kalveren ontstond. In veel andere landen wordt het overschot aan kalveren, die als restproducten van de melkveehouderij worden beschouwd, simpelweg opgelost door kalveren te exporteren naar Nederland of door kalveren na de geboorte direct te doden omdat er geen afzet is. In Nederland zijn er nu zo'n 1.600 kalverhouderijbedrijven. Ruwweg 40% van die bedrijven produceren blankvlees en 60% rosévlees.

Dat de vleeskalverhouderij ter discussie staat, heeft verschillende redenen. Ook in de sector zelf zijn er vraagtekens of het wel wenselijk is zoveel kalveren te importeren. Want wat is het effect op de markt voor kalveren uit de Nederlandse melkveehouderij? Of op de stikstof- en fosfaatmaatregelen? Het netwerk Grondig, een belangenorganisatie voor de grondgebonden melkveehouderij, stelt daarom de import van kalveren ter discussie via het opinieplatform 'Jaar van het importkalf'. De belangenorganisatie pleitte in 2019 in een brief naar landbouwminister Schouten al voor een importvrije vleeskalverhouderij in 2025. Ook andere boerenorganisaties, zoals de NMV en de DDB, pleiten voor een importbeperking, maar niet voor totale uitbanning.

Lange transportafstanden

Maar vleeskalverhouder Hans Luijerink, voorzitter van de Vereniging Van Kalverhouders (VVK), vindt dat je de disussie wel in het juiste perspectief moet voeren. In het artikel in vakblad V-focus zegt hij dat er ook positieve kanten aan de huidige vleeskalverhouderij ztten. Hij wijst op de situatie in Nieuw Zeeland waar pasgeboren kalveren direct na de geboorte worden gedood. In de discussie daarover wordt de de situatie in Nederland voorbeeld genoemd waar kalveren op een professionele en diervriendelijke manier gehouden worden zodat je hoogwaardig kalfsvlees kunt produceren.

Ook de Stichting Brancheorganisatie Kalversector (SBK) nuanceert de discussie. Zo wijst de organisatie in het artikel op het feit dat kalveren in Nederland vee plantaardig ruwvoer krijgen waardoor er geen 'ongerief bij de dieren wordt geconstateerd'. De kalversector gaat in Nederland ver boven de Europese normen uit, aldus het artikel.

Ook minister Schouten schrijft in een kamerbrief van oktober 2020 dat er al veel is verbeterd. Zo worden de kalveren tegenwoordig in groepshuisvesting gehouden, krijgen ze naast zuivelrestproducten nu ook ruwvoer en is het antibioticagebruik verminderd. Luijerink vindt daarom dat we in Nederland het roer niet volledig om moeten gooien, al kunnen sommige dingen wel beter. Zo vindt hij dat je uit oogpunt van afstand moet stoppen met het importen uit de Baltische Staten.

Krimp

Ook minister Schouten vindt dat een lang transport het welzijn van nuka's (nuchtere kalveren) te veel aantast en om die reden moet stoppen. In de kamerbrief van oktober 2020 kondigt Minister Schouten dat kalverhouderijsector nog duurzamer moet worden. Een van de maatregelen is een verbod op de import van kalveren uit Ierland, Denemarken, Tsjechië en de Baltische staten. Luijerink denk dat die transportbeperking op jaarbasis zo’n 100.000 kalveren op gaat schelen. Hij verwacht daarom een krimp met 20% minder bedrijven en 10% minder kalveren.

De artikelen in V-focus zijn niet vrij toegankelijk. Om ze te kunnen lezen, kun je een gratis account op V-focus aanmaken.

(Bron foto: Eddy Teenstra WUR)

Publicaties

(6)