Nieuws

Drie jaar natuurinclusieve boomteelt en fruitteelt

Apple boom bloesem, lente seizoen in boomgaarden in Haspengouw agrarische regio in België, landschap, barmalini via iStock
Bron foto: barmalini, iStock (iStock)
Samenvatting
  • Onderwerp
    natuurinclusieve maatregelen, factsheet
  • Interessant voor
    boomkwekers, fruittelers, adviseurs
Bekijk de bronnen
Boomkwekers, fruittelers, akkerbouwers en melkveehouders in de Betuwe hebben de afgelopen drie jaar natuurinclusieve maatregelen op hun bedrijf toegepast. Hun ervaringen zijn nu gebundeld in factsheets per sector. Het project heeft een gezamenlijk inzicht opgeleverd: de deelnemers zien de bodem als vertrekpunt voor weerbare teeltsystemen.

Het project ‘Natuurinclusief Betuws Boeren’ is na drie jaar afgerond. De ervaringen van de deelnemers met diverse natuurinclusieve maatregelen zijn gepubliceerd in een factsheet per sector: 

Natuurinclusief in de fruit- en boomteelt

In de fruitteelt en boomteelt hebben de deelnemers van het project gewerkt aan drie natuurinclusieve maatregelen: 

  • een meer weerbare bodem door aanvoer organische stof 
  • bloemstroken voor bestuiving en natuurlijke plaagbestrijding 
  • natuurlijke plaagbestrijding

Daarnaast is er in de fruitteelt ervaring opgedaan met: 

  • mechanische onkruidbestrijding 
  • ecologisch slootbeheer 

In de boomteelt is verder nog gewerkt aan: 

  • aanleg van grasbanen in combinatie met mechanische onkruidbestrijding 
  • inrichting op en om de percelen 

Aanvoer organische stof

Bij alle deelnemers zijn er bodemmonsters genomen, waarna er organische materiaal is aangevoerd passend bij de analyse van de bodem. Organische stof draagt bij aan het verbeteren van de bodemstructuur en is een stimulans voor het bodemleven. Daarnaast verhoogt organische stof het vochtvasthoudend vermogen van de bodem. 

Daarnaast hebben de deelnemers organische stof aangevoerd door het snoeihout op de zwartstrook achter te laten in de boomteelt, onder de voorwaarde dat het hout vrij is van Verticullum. In de fruitteelt is ook het maaisel op de zwartstroken achtergelaten. Dit zijn twee praktische, goed bruikbare manieren om meer organische stof aan te voeren.  

Bloemstroken

In en rond perenboomgaarden is er getest met bloemstroken, die nuttige insecten aantrekken voor de natuurlijke bestrijding van de perenbladvlo. Ook trekken de bloemstroken meer bestuivende insecten aan. Om insecten naar de juiste plek op het perceel te trekken, geeft inzaaien om de drie rijen in grasbanen een beter resultaat dan het inzaaien van perceelsranden. 

In de bomenteelt is ervaring opgedaan met het inzaaien van bloemenstroken op akkerranden, overhoeken en spuitpaden. Het is belangrijk om een juist mengsel te kiezen voor de inzaai, zodat geen schadelijke insecten worden aangetrokken of dat er geen waardplanten voor schadelijke insecten in het mengsel aanwezig zijn. Andere praktische ervaringen staan in de factsheet

Minder bespuitingen door monitoring schadelijke insecten 

Fruit- en boomtelers hebben ingezet op minder inzet van gewasbeschermingsmiddelen door intensief te monitoren op schadelijke insecten. Door een wekelijkse monitoring is er een goed beeld van de aanwezige schadelijke insecten. Door bespuitingen pas toe te passen als de schadedrempel is of wordt bereikt, kunnen minder bespuitingen plaatsvinden. De deelnemers geven aan dat er meer ervaring nodig is om de schadedrempel goed te beoordelen.  

Om monitoring van schadelijke insecten goed te kunnen doen, hebben telers hun kennis vergroot over insecten en de herkenning ervan. De deelnemers vonden dit nuttig, maar ook tijdrovend. Het gezamenlijk zoeken en beoordelen met collega’s is leerzaam geweest.  

Mechanische onkruidbestrijding: meer tijd, minder herbiciden  

De deelnemers ervaren dat mechanische onkruidbestrijding meer tijd kost, maar dat het een besparing in het gebruik van herbiciden oplevert. Er zijn meer inzichten opgedaan. Allereerst dat er verschillende praktisch werkbare technieken zijn, zoals de vingerwieder, de rolhak en messen. Ook dat maaien en mechanische onkruidbestrijding bij voorkeur in een werkgang moet, om zo bodemverdichting te voorkomen. Een praktische tip is om de slangen voor druppelirrigatie op hoogte te hangen, zodat er ruimte is voor mechanische onkruidbestrijding.  

Let op biodiversiteit bij slootschonen

De factsheet voor de fruitteelt bevat een aantal praktische tips als het gaat om ecologisch slootbeheer. Bij slootbeheer kan de teler rekening houden met biodiversiteit door het opgeschepte maaisel nog even in de sloot te houden, zo kunnen veel dieren uit de maaikorf ontsnappen. Bovendien kan het slootschonen verdeeld worden over twee jaar: schoon de oever en de helft van de sloot het ene jaar, het volgende jaar komt de andere helft aan de beurt. Dit geeft dieren die voor de maaikorf uitzwemmen de gelegenheid om te schuilen in de achterblijvende begroeiing. 

Grasbanen in de boomteelt

De factsheet over ervaringen in de boomteelt met grasbanen deelt praktische tips, zoals het inzaaien in april/mei of september/oktober. Ook de keuze voor langzaam groeiende grassen, waarbij bewerken ongeveer elke drie tot vier weken nodig is. Dit is uiteraard afhankelijk van de groeiomstandigheden.  

De eisen van afnemers sluiten (nog) niet aan bij het gebruik van grasbanen, omdat zij eisen dat er geen onkruiden aanwezig zijn in de kluit. Daarom moeten deelnemers nog een tot twee keer per jaar een herbicide selectief gebruiken om aan deze eis te voldoen.  

Inrichting van percelen bij boomteelt

Inrichting van de percelen met hagen, struweel of bomen kan bijdragen aan het aantrekken van nuttige insecten voor natuurlijke plaagbestrijding. Ook biedt begroeiing schuilplaatsen voor natuurlijke vijanden. Struweel met gemengde soorten geeft een lange bloeiboog en daardoor een lange tijd aantrekkingskracht voor natuurlijke vijanden.