Nieuws

EAAP 2013: genomic selection bij melkvee verandert fokprogramma’s

Zowel in Noord-Amerika als in Europa is genomic selection bij melkvee niet alleen baanbrekend in het onderzoek maar ook in de praktijk. Dat bleek op het jaarlijkse congres van de European Association for Animal Production (EAAP).

De sessie van de Genetic Commission werd grotendeels gevuld met dit onderwerp.

In de Holstein Friesian populatie in Noord-Amerika worden nu jaarlijks meer dan 200.000 jonge dieren getypeerd. Het gebruik van jonge stieren zonder een fokwaarde gebaseerd op nakomelingenonderzoek, maar met een fokwaarde op basis van hun genotype, steeg binnen een paar jaar van 28% naar 51%. Melkveehouders willen volop profiteren van de snellere genetische vooruitgang die met genomic selection kan worden geboekt.

Selectie op basis van het genotype op basis van DNA-analyse zou theoretisch tot een lagere inteelttoename leiden omdat stiermoeders meer uit de breedte van de populatie kunnen komen. Maar in de praktijk blijkt de inteelttoename toch weer rond de 1 procent per generatie uit te komen bij een aanmerkelijk korter generatie interval. Nog steeds levert een klein aantal stiervaders een groot aantal zonen als KI-stier: in 2010 leverden 8 stiervaders meer dan 50 % van de jonge KI-stieren. Wijst genomic selection ook nu in de Holstein Friesian populatie weer een te beperkt aantal families aan waaruit de KI-stieren voortkomen, of is dit een overgangsfase? In ieder geval blijft de noodzaak om de huidige genetische variatie te bewaren in genenbanken en op andere manieren recht overeind.


(Bron foto: Kor Oldenbroek)