Een stappenplan om kinderen te leren eten
Je kind gezond leren eten is misschien wel een van de moeilijkste opgaven voor jonge ouders. Wanneer moet je een kind vast voedsel geven? Wat mag een kind hebben? En wat nog niet? In een stappenplan 'Van melkvoeding naar 'met de pot mee-eten' zet Voedingsmagazine de belangrijkste aandachtspunten op een rij in het artikel 'Stap voor stap een kind gezond leren eten'.
Smaak
De basis van gezond leren eten is het proeven en lusten van verschillende smaken. Dat begint al vanaf de eerste dag. Kleine smaakveranderingen in de borstvoeding helpen al mee. En vanaf drie maanden staan baby's open voor meer smaken, ook minder zoete smaken. Vanaf zes maanden kun je een baby steeds gevarieerder voedsel geven, je bouwt dan de melkvoeding geleidelijk af. Het is zinvol ook niet gezoete producten aan te bieden, want zo wordt de smaakontwikkeling opgebouwd.
Allergenen
Al vanaf vier of vijf maanden kun je beginnen met de eerste oefenhapjes. Het is bekend dat een vroege introductie aan mogelijk allergenen het risico op voedselallergie kan verlagen. Juist daarom is het belangrijk al vanaf vier maanden voorzichtig te beginnen met vast voedsel.
Nadat een kind de eerste verjaardag heeft gevierd, moeten ouders blijven werken aan een gezond eetpatroon. Zo is het advies toe te werken naar een dagritme van drie hoofdmaaltijden en twee voedzame tussendoortjes, zoals groente of fruit, maar ook crackers met gezond beleg. Een belangrijk uitgangspunt in het stappenplan is dat kinderen zelf lekker eten moeten leren ontdekken. Geef ze de ruimte om te spelen en knoeien met eten.
Gesprek
Maar het gaat niet altijd goed. Soms vertonen kinderen op de basisschoolleeftijd een fors overgewicht. Hoe ga je daar mee om als je werkt met kinderen? Hoe ga je het gesprek aan met de kinderen of de ouders? Voedingsmagazine zet een aantal tips op een rij in het artikel 'Hoe praat je respectvol met kinderen en ouders over gewicht en leefstijl?'
Het is belangrijk daarbij een veilige gesprekssituatie te creëren waarbij je empathie toont, vooral luistert, vragen stelt en je richt op positieve veranderingen. Het is in die gesprekken belangrijk geen kritiek of oordelen te uiten. Woorden als dik, obees of gewichtsprobleem moet je daarom vermijden.
(Bron foto: Shutterstock)