Eisen afrastering en inrichting vrije uitlopen
Eisen vrije-uitloopterreinen
Het Productschap Pluimvee en Eieren (PPE) gaf eerder dit jaar aan acties te willen treffen om het aantal uitbraken van vogelgriep te verminderen, met name om het risico te beperken voor de insleep van Laag Pathogeen Aviaire Influenza (LPAI) op pluimveebedrijven met vrije uitloop. Het bestuur van het PPE heeft nu een pakket eisen vastgesteld voor de afrastering en inrichting van vrije-uitloopterreinen en een aantal hygiëne-eisen die voor alle leghennenbedrijven gelden.
De pluimveesector overlegt met het ministerie van Economische Zaken over structurele maatregelen die mogelijk kunnen worden getroffen om het risico op insleep te verkleinen. Daarnaast is de pluimveesector van mening dat op korte termijn maatregelen moeten worden getroffen op basis van een verordening. Het uitgangspunt voor het pakket maatregelen is om zoveel mogelijk het contact tussen bedrijfsmatig gehouden pluimvee en wilde watervogels te voorkomen en om daarnaast versleping van LPAI tussen pluimveebedrijven te voorkomen.
Afrastering en inrichting vrije uitlopen
De volgende eisen gelden voor alle leghennenbedrijven met uitloop (dus vrije uitloop èn biologisch) en treden op 1 januari 2014 in werking:
- Het uitloopterrein moet vanaf de stal met gaas van ten minste 1 meter hoogte zijn afgerasterd zodat pluimvee van een naburig pluimveebedrijf het uitloopterrein niet kan betreden;
- Als langs het uitloopterrein water is waarin zich in het wild levende vogels ophouden of waar sporen, waaronder nestvorming, daarvan wordt aangetroffen, moet het uitloopterrein ook worden afgerasterd met gaas van tenminste 1 meter hoogte;
- Langs de zijde van de stal die aan het uitloopterrein ligt moet een droge strook zijn aangelegd, van minimaal drie meter breed;
- Aansluitend aan de droge strook moet een strook worden aangelegd met beplanting van minimaal 5 meter diepte met daarin meerjarige houtige beplanting (zoals bomen, struiken of meerjarige houtige grassoorten zoals Miscanthus) ter wering van wilde watervogels.
Algemene hygiëne-eisen
De volgende eisen gelden (voor zover van toepassing) voor alle leghennenbedrijven en treden op 13 juli 2013 in werking:
- Wanneer het bedrijfserf wordt betreden vanuit het uitloopsysteem dan moet gebruik worden gemaakt van apart schoeisel;
- Voorafgaand aan het betreden van een stal en na het verlaten van het uitloopsysteem moeten handen worden gewassen;
- Als vervoermiddelen vanwege pluimveegerelateerde activiteit op het bedrijfserf komen dan moeten de wielen en wielkasten van deze vervoermiddelen worden gereinigd en ontsmet. De pluimveehouder moet hierop toezien;
- Ten behoeve van het vervoeren en het verpakken van eieren mogen slechts nieuwe pulptrays en kunststof trays, pallets met tussenplaten en containers die gereinigd zijn op het bedrijf aanwezig zijn.
(Bron foto: Wageningen UR Livestock Research)