Nieuws

Erfgoedzaden

Veel oude rassen van akker- en tuinbouwgewassen, geteeld voor 1950, zijn verdwenen. Deze rassen kunnen als bio-cultureel erfgoed beschouwd worden. In het project Erfgoedzaden willen de stichtingen De Oerakker en Zaadgoed samen met het CGN oude rassen weer op het veld brengen.

Vanaf rond 1950 zijn door intensieve veredeling rassen ontwikkeld die een hogere opbrengst, grotere uniformiteit en betere oogstbaarheid bezitten. Hierdoor worden oude rassen niet meer geteeld en veel is verdwenen. Deze oude rassen kunnen wel aantrekkelijke eigenschappen bezitten zoals vorm, kleur en smaak, en kunnen verbonden zijn met een bepaalde streek of gebruik. Stichting De Oerakker, stichting Zaadgoed en het CGN zien dit materiaal als bio-cultureel erfgoed, en vinden het belangrijk te onderzoeken of dit erfgoed weer geteeld zou kunnen worden. In 2016 is hiervoor het project Erfgoedzaden in het leven geroepen. Het coördinatie team bestaat uit Francine van Rossem (voorzitter), Rics Maris (secretaris), de voorzitters van de beide stichtingen en medewerkers van het CGN.

Oranje Lijst

Om inzicht te krijgen over welke oude rassen het gaat, heeft het CGN in de afgelopen jaren de “Oranje Lijst” (www.oranjelijst.nl) ontwikkeld: een lijst met ca. 6000 namen van rassen die tot 1950 zijn geteeld in Nederland. Van deze 6000 rassen zijn ca. 375 karakteristieke rassen geselecteerd. Van deze 375 rassen zijn er nog ca. 200 beschikbaar via de reguliere zaad- en pakjeshandel en ca. 175  beschikbaar via overwegend genenbanken.

Na decennia weer geteeld

Het eerste jaar zijn 10 Erfgoedzadentelers begonnen met de teelt, de vermeerdering en het beschrijven van een aantal oude rassen tomaat, erwt, boon en tarwe. Dit zijn zelfbestuivende gewassen, waardoor het vermeerderen geen isolatie vergt. Het zaad is opgevraagd bij een aantal genenbanken: het CGN, de Duitse genenbank in Gatersleben (IPK) en de Amerikaanse genenbank (USDA). Zo zijn de tomaat Wonder van de Markt, de boon Ceka, de Mansholt’s kortstro schokkererwt en de tarwe Ruwkaf Essex uitgezaaid.

Het beschrijven van de rassen leverde wel wat problemen op. De kenmerken zijn geselecteerd uit lijsten die het rassenonderzoek gebruikt, waar men geen ervaring mee had. De rassen zijn daarom met het CGN en met elkaar beschreven.  Rasbeschrijvingen zijn belangrijk om te kunnen vaststellen of het materiaal wel het juiste ras is en of er geen afwijkers tussen zitten. Ook is een beschrijving belangrijk om in de toekomst, na vermeerderingen, te kijken of de kenmerken van het ras nog wel kloppen.

Vervolg

In 2017 is het aantal geteelde rassen uitgebreid, en zijn ook weer rassen uit 2016 uitgezaaid. Alle informatie over het project: projectbeschrijving, de rassen, de rasbeschrijvingen, het vermeerderen en de werkzaamheden, is te vinden via de website van De Oerakker: deoerakker.nl/erfgoedzaden

(Bron foto:CGN)