Geen eendagshaantje maar leghaantje
De Wageningse student Henry Hendrix vindt het een interessante vraag. Hij zocht in zijn MSc scriptie 'Economische haalbaarheid voor een nieuw ketenmodel in de Nederlandse legpluimveehouderij' naar mogelijkheden. Het is ook een vraag die Brechtje de Schipper bezig hield. Ze zocht in haar MSc Scriptie 'Strategie ontwikkeling keuzegedrag van consumenten voor haantjesvlees' naar draagvlak.
Weerstand
In de legpluimveehouderij is het gebruikelijk dat haantjes na het uitkomen uit het ei direct gedood worden. Haantjes kunnen geen eieren leggen en zijn dus niet interessant. De leghennensector in Nederland omvat 700 ondernemers met een productie van 10 miljard eieren per jaar, zo heeft de Schipper uitgezocht. In Nederland worden per jaar zo’n 30 miljoen hennen en dus ook hanen uitgebroed. Die haantjes worden meestal gedood. Veel mensen vinden dat moreel-ethisch verwerpelijk, constateert Hendrix. Het roept daarom weerstand op.
Haantjesvlees
De Schipper richtte zich op de consument en de biologische legpluimveehouderij. Willen ze wel haantjesvlees eten? Ze ontdekte dat consumenten een positieve houding hebben ten opzichte van haantjesvlees. Hendrix verdiepte zich in mogelijke ketenmodellen. De ketens van de vlees- en legpluimveehouderij zijn nu immers gescheiden. Kun je een nieuw model ontwikkelen? Welk opfoksysteem gebruik je? En is het economisch haalbaar?
Markt
De marges in de pluimveehouderij zijn laag, constateert Hendrix. Je kunt daarom geen concessies doen aan de legeigenschappen van de kippenrassen. Hij onderzocht vijf kippenrassen in verschillende opfoksystemen. Eigenlijk is het alleen haalbaar voor de conventionele bruine leghen, ongeacht in wat voor systeem de haantjes worden grootgebracht. Maar het grootbrengen van de haantjes werkt wel kostprijsverhogend voor de sector. Het zou haalbaar zijn, zo schrijft hij in zijn conclusies, wanneer er voldoende markt is, wanneer de consument vraagt naar speciale concepten waar de haantjes niet gedood worden.
Dat het in de praktijk haalbaar is, is te zien in een kennisclip Hollands Leghaantje van CAH Vilentum. Pluimveehouder Ruud Zanders kweekt zijn haantjes op. Het product Hollands Haantje wordt goed gewaardeerd. Hij produceert 500 leghaantjes per week. Het is bij hem nu kostendekkend. Dat hij op deze manier inspeelt op de maatschappelijke discussie over de leghaantjes, is een verklaring voor het succes.
(Bron foto: Thinkstock)