Geen negatieve effecten van nieuwe oesterkweektechniek
De oesterkweekproductie in de Oosterschelde kent een aantal boosdoeners. Zo zorgt het oesterherpesvirus ervoor dat veel jonge oesters sterven. Daarnaast zijn oesterboorders, slakken die gaatjes boren in de schelp van een oester om zo het weke vlees eruit te zuigen, al jaren een plaag voor oesterkwekers.
Off-bottom oesterkweek
Om de oesterproductie te herstellen is een plan van aanpak opgesteld door de Nederlandse Oestervereniging (NOV), het ministerie van Economische Zaken en de Provincie Zeeland. Off-bottom kweektechnieken spelen hierin een belangrijke rol. Denk hierbij aan kweekkooien die aan drijvende touwen zijn vastgemaakt, of aan kweektafels met oesterzakken.
Natura 2000
De Oosterschelde is een aangewezen Natura 2000-gebied. Dat houdt in dat voor dit gebied doelen geformuleerd zijn voor instandhouding van soorten en habitats en voor verbetering van de biodiversiteit. Onderzoekers van Wageningen Marine Research hebben gekeken naar de effecten van off-bottom oesterkweken op de Natura 2000-instandhoudingdoelen, en naar de voor- en nadelen van de toepassing van deze technieken in de Oosterschelde.
Het onderzoeksrapport beschrijft wat de invloed van off-bottom kweken is op een aantal belangrijke speerpunten binnen de Natura 2000-richtlijnen. Verstoring van beschermde diersoorten, verontreiniging en veranderingen in soortensamenstelling waren niet of nauwelijks aan de orde bij de vier proefopstellingen. Daarnaast zijn er ook positieve effecten van off-bottom kweken gevonden waardoor het halen van de Natura 2000-doelstellingen juist bevorderd zou kunnen worden. Zo kunnen off-bottom kweektafels functioneren als rustplaats voor vogels.
De lokaties van de proefopstellingen speelden een rol in de uitkomsten van het onderzoek. Zouden de proefopstellingen dicht in de buurt van opgroei- en rustgebieden van zeehonden zijn geplaatst, dan was er wellicht meer kans op verstoring geweest.
(Bron foto: Shutterstock )