Nieuws

Gemeente kan met goed beleid bijdragen aan welzijn huis- en hobbydieren

Samenvatting
  • Onderwerp
    DierVizier kennisdossier huis- en hobbydieren
  • Interessant voor
    beleidsmedewerkers
Meer informatie
In Nederland leven miljoenen huis- en hobbydieren. Bijna 4 miljoen huishoudens hebben 1 of meer huisdieren en naar schatting vijftig- tot honderdduizend particulieren houden hobbymatig landbouwdieren. Al deze dieren brengen ook een grote verantwoordelijkheid met zich mee, en ook de gemeente heeft hier direct mee te maken.

In een kennisdossier geeft DierVizier een aantal voorbeelden van waar een gemeente zoal mee te maken kan krijgen als het gaat om huis- en hobbydieren. Bijvoorbeeld binnen het sociale domein, bij huisuitzettingen, in de openbare ruimte (inclusief ruimtelijke ordening) en vanuit de zorgplicht in het burgerlijk wetboek voor zwervend aangetroffen dieren. Maar ook binnen het vergunningenbeleid en in de toezichthoudende en handhavende taken van de gemeente vragen huis- en hobbydieren om aandacht van de gemeente.

Dierenwelzijn huis- en hobbydieren

Vaak weten mensen niet genoeg over huisdierbezit en hobbydieren en de wettelijke regels die hierbij gelden. Dit kan leiden tot verwaarlozing of mishandeling. De gemeente kan inwoners helpen met goede informatievoorziening en voorlichting over wettelijke regels en veelvoorkomende problemen. De landelijke overheid is het bevoegd orgaan voor regelgeving over dierenwelzijn. Wettelijke regels met betrekking tot huisdieren en hobbydieren zijn vastgelegd in de Wet dieren. Het Besluit houders van dieren, een uitvoeringsbesluit bij deze wet, bevat algemene regels over het houden en de verzorging van dieren.

Sociaal beleid en dierenwelzijn

Geldgebrek, fysieke of psychische beperkingen bij de eigenaar, of een verstoorde gezinsrelaties kunnen aanleiding zijn voor afglijdend dierenwelzijn of dierverwaarlozing. In het kader van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) komt de sociale hulpverlener vaker ‘achter de voordeur’. Zo vindt in veel gemeenten het ‘keukentafelgesprek’ plaats, dat vaak is uitbesteed aan sociale wijk- of buurtteams. Sociale hulpverleners kunnen een belangrijke rol spelen bij het signaleren van dierenwelzijnsproblemen en actie ondernemen.

Overige onderwerpen

Het dossier is niet uitputtend en vooral bedoeld om te inspireren, en een uitnodiging aan gemeentes om inspirerende voorbeelden te delen. Overige onderwerpen:

  • Huis- en hobbydierenlijst: Vanaf 2024 wordt het aantal soorten zoogdieren dat gehouden mag worden in Nederland ingeperkt.
  • Opvang zwerf- en afstandsdieren: Gemeenten hebben een wettelijke taak voor de tijdelijke opvang van huis- en hobbydieren die op straat zwerven.
  • Opvang na huisontruiming: Een dier kan ook opvang nodig hebben als gevolg van bijvoorbeeld een huisontruiming. In dat geval is de gemeente verplicht om achtergelaten ‘zaken’ maximaal 13 weken ‘op te slaan’.
  • Dieren in de buitenruimte: Als gemeente kun je naast opvanglocaties ook voorzieningen in de buitenruimte organiseren, zoals voorzieningen voor honden of het accommoderen van gehouden dieren, denk aan paarden en pony’s, maar ook geiten en schapen.
  • Identificatie en registratie huisdieren: Het is om meerdere redenen wenselijk dat zoveel mogelijk huisdieren kunnen worden getraceerd naar een eigenaar.
  • (Woon)overlast: gevolgen voor dieren: Een gemeente kan eisen stellen op het gebied van openbare orde en veiligheid die indirect hun weerslag hebben op het dierenwelzijn via de Algemene Plaatselijke Verordening (APV).
  • Overlast en gevaar door dieren: Het is gebruikelijk om in de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) een verbod op overlast door dieren op te nemen, zoals kraaiende hanen of blaffende honden.

Bron introfoto: Kat (©Uschi Dugulin via Pixabay)