Gewassenlijst voor bouwlandvergroening bekend
De staatssecretaris van Economische Zaken informeerde de Tweede Kamer 25 juni jongstleden in de brief ‘Gewaskeuze in de ecologische aandachtsgebieden’ over de invulling van de ‘ecological focus areas’ (EFA). (Kort na dit schrijven, op 29 juli jongstleden, volgde een brief met wijzigingen met daarin enkele wezenlijke aanpassingen - zie downloads).
In EFA’s mag in het kader van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) met het oog op de ‘vergroeningspremie’ geen agrarische productie plaatsvinden. Voor de premie is gekozen, legt Dijksma uit, ‘om biodiversiteit en milieu te beschermen en te bevorderen’.
Gewassen, randen, wilgenhout
De 5% bouwland kan worden omgevormd tot EFA door hierop onbeheerde akkerranden aan te leggen, wilgenhakhout aan te brengen en/of bepaalde gewassen te laten groeien. Deze gewassen zijn ‘bepaalde stikstofbindende gewassen (‘eiwitgewassen’)’ en ‘vanggewassen mits voorafgaand vezelgewassen zijn geteeld’*. De ‘mits’ is ingebouwd, ‘omdat bijvoorbeeld na de teelt van maïs of granen het inzaaien van een vanggewas gebruikelijk of zelfs verplicht is’ en al ruimschoots voorkomt in Nederland.
Keuzelijst gewassen
Als EFA-waardige eiwitgewassen heeft Dijksma de volgende gewassen aangewezen: luzerne, rode klaver, rolklaver, esparcette, lupine, wikke en veldbonen. Dit vanwege hun ‘biodiversiteitswaarde en beperkte behoefte aan bemesting en gewasbescherming’. De staatssecretaris heeft haar keuze gebaseerd op twee rapporten van Wageningen UR: ‘Nationale invulling vergroening GLB vanuit het perspectief van biodiversiteit’ (oktober 2013) en 'Evaluatie van gewassen als mogelijke equivalente maatregel voor ecologische aandachtsgebieden in het nieuwe GLB' (april 2014).
Agro-milieu-klimaatmaatregelen
Een stuk bouwland kan ook als EFA worden aangemerkt als hierop agro-milieu-klimaatregelen –ook ‘equivalente maatregelen’ genoemd- worden genomen. Deze maatregelen moeten wel een gelijkwaardig of groter voordeel opleveren voor klimaat en milieu en vergelijkbaar zijn met de maatregelen van de generieke lijst. Dijksma specificeert de maatregelen verder als ‘het equivalente “akkerbouw-randenpakket”’: tenminste 30% van de gewogen oppervlakte worden ingevuld met een beheerde akkerrand.
Bijen en functionele agrobiodiversiteit
De overige 70% van de EFA-verplichting mag worden ingevuld met aan de beheerde akkerrand grenzende sloten, de reeds genoemde stikstofbindende gewassen (‘eiwitgewassen’), alle vanggewassen zonder verdere beperkingen (met inachtneming van de Europese voorschriften) en - landschapselementen waarvoor een agrarisch-natuurbeheercontract voor onderhoud en beheer is afgesloten. Betreffende de beheerde akkerranden wordt opgemerkt dat de mengsels waarmee deze randen mogen worden ingezaaid, nog moeten worden vastgesteld en met namen gericht moeten zijn ‘op bijen en functionele agrobiodiversiteit’.
Voor de volledige invulling van een EFA; zie de brief van Dijksma. Daarin is ook te lezen welke maatregelen naast de EFA worden genomen in het kader van de ‘vergroeningsopgave’, namelijk: behoud van permanent grasland en gewasdiversificatie.
* Een vanggewas kan een groenbemestingsgewas zijn dat na een hoofdgewas geteeld wordt met de bedoeling uitspoeling van meststoffen, vooral nitraat, tegen te gaan. Een vanggewas wordt ook gebruikt bij het spuiten van gewasbeschermingsmiddelen en het lokken van schadelijke organismen (bron: Wikipedia).
(Bron foto:Thinkstock)