Handvatten voor de teler bij GlobalG.A.P. versie 6
Onderwerp
GlobalG.A.P., richtlijnen, mest, water, risicoanalyses
Interessant voor
fruittelers, groentetelers, teeladviseurs
Samen met Wagenigen Research onderzoeker Leo van Overbeek en manager kwaliteit veiligheid en milieu van The Greenery Albert Wielink, ging Groen Kennisnet in gesprek over GlobalG.A.P. versie 6 en de nieuwe wiki. Kijk hem hieronder terug.
Groen Kennisnet Webinar: handvatten voor GlobalG.A.P.
Bron: Groen Kennisnet
Vanaf 1 januari 2024 is een nieuwe versie van GlobalG.A.P. ingegaan, een internationale standaard voor de teelt die zich richt op voedselveiligheid, milieu en goede landbouwpraktijken. Om de teler extra te ondersteunen bij het maken van een bedrijfsspecifieke risicoanalyse, is een Groen Kennisnet Wiki ontwikkeld. De ‘Praktijk Raamwerk voor GlobalG.A.P.’-wiki geeft informatie en uitleg voor het maken van goed onderbouwde risicoanalyses voor organische mest, water en hygiëne.
Nieuwe versie GlobalG.A.P.
Versie 6 is weer anders dan versie 5 en brengt nieuwe uitdagingen met zich mee. “In versie 6 zijn een aantal richtlijnen weer aangescherpt. Het onderdeel water is daar een voorbeeld van en er is een onderwerp duurzaamheid bijgekomen. De grootste wijziging is dat in deze versie 10 procent van de audits onaangekondigd plaats moet vinden” vertelt Wielink. “Ik denk dat de tuinbouwsector in Nederland al voor 90 procent aan deze richtlijnen voldoet, maar dan is er in versie 6 net weer een detail waar je nu ook aan moet voldoen. De uitdaging is dus vooral: Hoe moet het volgens GlobalG.A.P.? En hoe registreer ik dat vervolgens? De teler hoeft echter niet heel anders te gaan telen dan hij nu doet.” vult hij aan.
Bewustwording
Een sterk terugkerend thema van het webinar was de bewustwording van de teler. “Het doel van de webpagina is om bewustwording te creëren en te ondersteunen” aldus van Overbeek.
Wielink vult dit aan met een voorbeeld; “Het is bijvoorbeeld niet verplicht om van elk type organische mest een laboratoriumanalyse te nemen, maar het is wel verplicht om van elk type een risicoanalyse te nemen. Daar helpt de wiki bij. De wiki geeft achterliggende kennis om te bepalen of er wel of geen laboratoriumanalyse nodig is.”
Om het voor de teler zo makkelijk mogelijk te maken, zijn in de wiki twee stroomschema's geplaatst, een voor mest en een voor water, die je kunnen begeleiden met het uitvoeren van de analyses. Toch blijft het lastig om concrete regels en sturingen te geven. “We maken wel een stroomschema, waar je ja en nee in kan vullen, maar GlobalG.A.P is wereldwijd, er zijn allerlei typen teelten, allerlei weersomstandigheden en allerlei typen water. Het is allemaal zo bedrijfsspecifiek. De enige persoon die een goede risicoanalyse kan afnemen, is de teler zelf.” aldus Wielink.
Met de wiki en alle informatie die daar te vinden is, hopen ze de teler hierin te ondersteunen. “De richtlijn zegt dat je één keer per jaar een watermonster moet nemen, op het meest risicovolle punt op het meest risicovolle moment. Ben je echter een teler die het hele jaar door teelt, dan is het verstandig om vaker een monster te nemen.”
“We maken wel een stroomschema, waar je ja en nee in kan vullen, maar GlobalG.A.P is wereldwijd, er zijn allerlei typen teelten, allerlei weersomstandigheden en allerlei typen water. Het is allemaal zo bedrijfsspecifiek. De enige persoon die een goede risicoanalyse kan afnemen de teler zelf is.”
Leidingwater
Ook komt leidingwater aan bod, dit heeft een nieuwe plek in GlobalG.A.P. versie 6 gekregen. “GlobalG.A.P. heeft het nu specifiek genoemd, de teler gebruikt eigenlijk nooit direct het leidingwater op het gewas, er zit vaak een slang en of haspel tussen. Juist daar kan besmetting plaatsvinden. Als je een monster neemt doe je dat dan ook niet bij de kraan, maar daar waar de sproeier in het veld staat.”
Dit heeft te maken met een zogenoemde biofilm aldus van Overbeek: “Als je een haspel gaat gebruiken zit er altijd nog enorm veel water in en in deze leidingen worden biofilms gevormd. Dit zijn slijmlagen die vol zitten met bacteriën. Deze mogelijke ziekteverwekkers liften dan mee met het water en komen bij het gewas terecht.”
E.coli
Een veelvoorkomende term in het webinar en op de wiki is E.coli. “Dit staat voor Escherichia coli. Het is een bacterie die leeft in de darm en is een zogenaamde indicatorbacterie. Het is namelijk een graadmeter voor fecale besmetting. Dat betekent dat het water in contact is gekomen met ontlasting. De bacterie leeft normaal in de darm van alle dieren, en dit maakt het zo geschikt als indicator. De aanwezigheid van E.coli wordt dan weergegeven in het E.coli getal.”
De wiki kan je vervolgens gebruiken om het E.coli getal te begrijpen. Dit is een belangrijk punt vindt Wielink. “Telers nemen monsters en weten niet wat het E.coli getal betekent. Het is dus heel belangrijk dat telers daar informatie over inwinnen en de uitslag goed kunnen interpreteren. Op de wiki kunnen ze dan goed zien wat een reden kan zijn van de besmetting en wat moet ze moeten doen om het water toch te kunnen gebruiken.”
Naast praktische informatie deelt de wiki ook wetenschappelijke onderbouwing voor de richtlijnen. Dit legt van Overbeek uit aan de hand van resultaten van een onderzoek: “Stel je voor je hebt toch een keer besmet water gebruikt, dan is het verstandig om drie dagen te wachten. We zien dat het aantal bacteriën over de tijd afneemt en de grootste afname zien we al in de eerste drie dagen. Als je dus een aantal dagen wacht dan verminder je het risico enorm”
Hygiëne
Naast mest en water benoemt de wiki ook een risicoanalyse op hygiëne. Denk bijvoorbeeld aan het voorkomen van het oogsten na net ziek geweest zijn. “Als je bijvoorbeeld ziek bent geweest, ben je drager van de ziekteverwekker. Soms merk je hier niks, maar kan je het wel nog doorgeven. Je pakt het product bij het sorteren bijvoorbeeld met de hand aan, dan is het risico heel groot dat het besmet in de winkel ligt.” vertelt van Overbeek. “Persoonlijke besmetting vindt vaak vlak voordat het product in de winkel licht plaatst, dat moet een teler zich beseffen. Als je aan het sorteren bent en je raakt het product aan, dan komt het besmet in de winkel” vult Wielink aan.
“Als je bijvoorbeeld ziek bent geweest ben je drager van het virus, soms merk je niks meer van de ziekte maar kan je het wel nog doorgeven. Je pakt het product bij het sorteren bijvoorbeeld met de hand aan, dan is het risico heel groot dat het besmet in de winkel ligt”
Praktijkvoorbeelden
Als afsluiting vraagt van Overbeek nog aandacht voor praktijkvoorbeelden op de wiki: “Het is ook leuk als we de wiki kunnen vullen met praktijkvoorbeelden zelf, zo kunnen we de wiki dynamisch houden. Hij blijft sowieso drie jaar in de lucht en we gaan hem regelmatig updaten. Als je voorbeelden hebt, stuur ze dan op, het liefst met beeldmateriaal. We kunnen het dan op de wiki plaatsen en delen met andere telers, die hier weer van kunnen leren. Alles is uiteraard anoniem."