Herkomst van Nederlandse krielrassen genetisch uitgezocht
Krielkippen en dwerghoenders
Het overgrote deel van het DNA van krielrassen is gelijk aan dat van het grote ras. Alleen rondom de genen die de krielvorm veroorzaken is het DNA anders. Per ras zijn er verschillen in welke genen de krielvorm veroorzaken, wat komt doordat er verschillende krielrassen zijn gebruikt als uitgangsmateriaal om de krielvorm in het grote ras te krijgen.
Er is ook verschil in naamgeving. Hoewel de benaming krielkippen en dwerghoenders door elkaar gebruikt wordt, zit er wel degelijk een verschil tussen beide termen. Zo zijn krielhoenders van origine zeer kleine kippenrassen, waarvan geen grotere variant bestaat. Deze rassen bestaan al heel lang. De Hollandse kriel en de Nederlandse sabelpootkriel zijn de oorspronkelijke Nederlandse krielrassen. De Hollandse kriel is de kleinste Nederlandse kip. Andere bekende krielrassen zijn bijvoorbeeld Sebright en Javakriel. De recenter gevormde krielvormen van de grote rassen worden ook wel dwerghoenders genoemd. Het verkrielen van de meeste Nederlandse rassen heeft tussen 1910 en 1930 en in de laatste dertig jaar plaatsgevonden.
De genetische achtergrond van krielvorming
Deze Nederlandse krielrassen zijn in drie clusters in te delen die een gemeenschappelijke basis hebben in de wijze van hoe ze verkrield zijn. De landhoenders hebben een gen van Hollandse kriel overgenomen waarvan de werking grotendeels is uitgeschakeld, en daarom de groei wordt geremd. Voor de sierhoenders met bijzondere baard-, kuif- en pootbevedering zijn Sebright en Javakriel gebruikt, die een gen hebben doorgegeven dat voor verkrieling zorgt. Voor de nieuwe Nederlandse productierassen zoals Barnevelder en de Noord-Hollandse Blauwe zijn andere krielrassen gebruikt in de verkrieling wat weer een andere combinatie van genen liet zien. Deze uitwisseling uit het verleden laat zien dat er verschillende genen betrokken zijn bij krielvorming, terug te lezen in het DNA van de huidige krielen. Opmerkelijk is dat éėn van de genen dat dwerggroei bij kippen veroorzaakt hetzelfde gen is dat bij mensen ook betrokken is bij groei
Genetische diversiteit
Doordat de wijze van ontwikkeling van een krielras gepaard gaat met inkruisen wordt de genetische diversiteit tijdelijk verhoogd. Echter doordat er niet zoveel dieren gebruikt worden en door terugkruising om de goede looks te krijgen ligt genetische gelijkvormigheid en het risico van inteelt op de loer. Tevens is geconstateerd dat bij deze verkrieling van de krieldonoren alleen de genen die de krielvorm veroorzaken behouden blijven en dat de andere genen van de krieldonoren er weer uitgeselecteerd worden.