Het effect van duurzaamheidskeurmerken
Ongeveer tweederde van de Nederlandse consumenten (65%) let op duurzaamheid bij hun aankopen. De helft hiervan (28%) gebruikt keurmerken als leidraad. Maar veel consumenten vinden ook dat er te veel duurzaamheidskeurmerken zijn. Dat blijkt uit het onderzoek dat Milieu Centraal in opdracht van de overheid liet uitvoeren door Motivaction International B.V. In september publiceerde Milieu Centraal het onderzoeksrapport ‘Bevorderen effectiviteit duurzaamheidskeurmerken’. Op 26 januari kwamen de staatssecretarissen Van Dam (EZ) en Dijksma (IenM) met een kamerbrief over dit rapport.
Beleidsdoelen
De overheid hecht waarde aan de effectiviteit van keurmerken. Ze kunnen consumenten waardevolle informatie bieden en kunnen bijdragen aan beleidsdoelen van de overheid. Je kunt daarbij denken aan verbeteren van arbeidsomstandigheden wereldwijd en het verbeteren van dierenwelzijn. Maar de wildgroei aan keurmerken is een risico van de effectiviteit, vindt ook de overheid.
Logo’s
Enkele cijfers uit het rapport: Er zijn ongeveer 180 duurzaamheidskeurmerken, fabriekslogo’s en informatielogo’s die door de consument als keurmerk worden ervaren. Zo zijn er fabrikanten die logo’s gebruiken met een uitstraling van duurzaamheid. En supermarkten introduceren paraplulogo’s, zoals Bio+, Biotrend, Bio-oké, Better Life, Fairglobe en Puur en Eerlijk. De helft (45 %) van alle keurmerken en logo’s komt voor op voeding. En meer dan de helft (54%) van de duurzaamheidskeurmerken die op de Nederlandse markt voorkomt, is buitenlands.
Aanbevelingen
Het is verwarrend. Consumenten lossen het probleem op door te kiezen voor de bekendste keurmerken. Maar waar die keurmerken voor staan, weten ze vaak niet precies. Milieu Centraal komt in het rapport met verschillende aanbevelingen. Zo vinden consumenten het belangrijk dat keurmerken afkomstig zijn van een onafhankelijke partij. Bovendien willen ze meer achtergrondinformatie. Die zou je op de winkelvoer moeten aanbieden. Een overkoepelend keurmerk – liefst met een ranking – zou veel wantrouwen weg kunnen nemen bij de consumenten.
De staatssecretarissen schrijven dat ze de aanbevelingen overnemen. De overheid gaat in overleg treden met Milieu Centraal, Stichting Milieukeur, Voedingscentrum, brancheorganisaties en consumentenorganisaties over de invulling van de aanbevelingen.
(Bron foto: Groen Kennisnet)