Nieuws

Internationale natuurdoelstellingen voor 2030 vragen een grotere inzet van Nederland

Het natuurherstel in Nederland is, ondanks verbetering op onderdelen, onvoldoende om aan de internationale doelen te voldoen. Na voltooiing in 2027 is het Natuurnetwerk nog niet groot genoeg en zijn de milieucondities onvoldoende om de Vogel- en Habitatrichtlijn-soorten te behouden. De PBL-publicatie ‘Nederlands natuurbeleid in internationale context’ concludeert verder dat de nieuwe EU-natuurdoelen alleen kunnen worden gehaald als er tegelijkertijd wordt ingezet op verduurzaming van landbouw, verandering in consumptiepatroon en verduurzaming van de energievoorziening.

Het jaar 2021 is het moment om de natuur- en biodiversiteitsambities op verschillende schaalniveaus met elkaar te verbinden. Binnen de Verenigde Naties onderhandelen landen onder de VN Convention on Biological Diversity (CBD) over de nieuwe doelstellingen met betrekking tot natuurbeleid richting 2030. In 2021 wordt tijdens een VN-conferentie in China naar verwachting besloten over een nieuw wereldwijd biodiversiteitsraamwerk voor de komende 10 jaar. De EU heeft vooruitlopend op deze conferentie al een biodiversiteitstrategie voor 2030 uitgebracht.

PBL heeft in samenwerking met Wageningen University & Research het natuurbeleid in internationale context geëvalueerd en een eerste verkenning uitgevoerd naar de betekenis van de internationale ambities voor het natuurbeleid in Nederland.

Samenhangend netwerk natuurgebieden

Het areaal beschermd natuurgebied in Nederland is met 26% hoger dan het doel (17%) van de CBD voor 2020 en niet heel ver verwijderd van het EU-doel van 30% beschermd gebied in 2030. Tegelijkertijd is de kwaliteit van die natuur niet op orde. Naast voldoende beschermd gebied is het verbeteren van de ruimtelijke samenhang, de milieucondities en een geïntegreerde ligging in het omringende landschap noodzakelijk voor de biodiversiteit. Daarbij is het wenselijk dat natuurgebieden worden verbonden met duurzaam beheerd landelijk gebied.

Natuurherstel

De doelstelling van de EU is om ervoor te zorgen dat in 2030 de instandhoudingstrends en -toestand habitats en soorten niet zijn verslechterd en tenminste 30% hiervan in een gunstige staat van instandhouding verkeert. Voor Nederland geldt dat volgens modelberekeningen een doelbereik van 90% mogelijk is als milieucondities en ruimtelijke condities voor het voorbestaan van de VHR-soorten aanmerkelijk verbeteren. Dit is alleen haalbaar als naast het natuurbeleid ook de landbouw inzet op verdere verduurzaming.  

EU zet in op integrale aanpak

De EU zet in op een samenhangende integrale aanpak waarbij de biodiversiteitsstrategie gekoppeld wordt aan het gemeenschappelijk landbouwbeleid en de Farm tot Fork strategie (voedselketens).  Het landgebruik voor voedsel en de gebruikte landbouwproductiemethoden bepalen in belangrijke mate het biodiversiteitsverlies. De Nederlandse overheid streeft naar een halvering van de ecologische voetafdruk  voor 2050. Dit is alleen mogelijk als er tegelijkertijd wordt ingezet op energiebesparing, het gebruik van duurzame energiebronnen, een circulaire economie, duurzame voedselproductie, het tegengaan van voedselverspilling en het veranderen van consumptiepatronen.

Inzet hele samenleving en coherent beleid cruciaal

Voor natuurherstel en het verlagen van de ecologische voetafdruk is een wezenlijke verandering naar een duurzame productie en consumptie van voedsel en andere grondstoffen nodig. Dit vraagt inzet van de hele samenleving, waardoor samenhangend beleid over de verschillende schaalniveaus van provincie tot Verenigde Naties en de betrokkenheid van alle relevante actoren bij een legitiem en effectief natuurbeleid steeds belangrijker worden.