Nieuws

Kinderen hebben recht op natuur

Draagvlak voor de natuur krijg je door kinderen actief te betrekken bij natuur. Mensenrechtenjurist Annelies Henstra zet zich daarom in voor het recht van ieder kind op natuur. Dat recht zou in het VN Kinderrechtenverdrag moeten worden opgenomen, stelt zij.

Annelies Henstra zet zich al zo'n tien jaar in om om het recht van ieder kind op natuur te laten vastleggen in het Kinderrechtenverdrag van de Verenigde Naties. Dit streven van haar krijgt in 2012 bijval van meer dan 1000 natuurorganisaties en 217 overheden en overheidsorganisaties in de International Union for Conservation of Nature (IUCN). Vorig jaar organiseerde het VN Kinderrechtencomité voor het eerst een bijeenkomst over het thema kinderrechten en het milieu. Tijdens die bijeenkomst hield Henstra een inleiding. Het artikel 'Ieder kind heeft recht op natuur' in Vakblad natuur bos landschap is een verkorte weergave van haar bijdrage.

Vervreemding van natuur

Kinderen actief betrekken bij de natuur is een van de belangrijkste bronnen van draagvlak voor de natuur, stelt zij. Maar Henstra maakt zich zorgen over de mogelijkheden die kinderen hebben om in aanraking te komen met de natuur. Wereldwijd groeien de meeste kinderen op in steden, waar ze ver van de natuur leven. En de natuur op het Nederlandse platteland vervlakt. Kinderen hebben daarom weinig mogelijkheden hebben om met de natuur in aanraking te komen. Dat leidt tot een stille, sluipende tragedie van de vervreemding van kinderen van de natuur. 'Dat is een groot verlies voor de kindertijd', vindt ze. 'En op de lange termijn is dat een regelrechte bedreiging voor de mensheid.'

Natuurtekortstoornis

Henstra verwijst in haar betoog naar Richard Louv, auteur van het in 2005 verschenen boek 'Het laatste kind in het bos'. Louv koppelt de stijging van obesitas, aandachtstoornissen en depressie aan de afwezigheid van de natuur in het leven van de kinderen. Hij noemt dit de 'natuurtekortstoornis'. In het VN Kinderrechtenverdrag staat dat het onderwijs aan kinderen gericht moet zijn op het bijbrengen van eerbied voor de natuurlijke omgeving. Henstra denkt dat het daarbij essentieel is dat een kind zelf de natuur beleeft en ervaart.

Ze vindt het  uitsterven van kind-ervaringen met de natuur een neerwaartse spiraal is. Het gebrek aan interactie met natuur leidt tot gebrek aan zorg voor de bescherming van de natuur. Het lot van de natuur en het lot van onze kinderen is onlosmakelijk met elkaar verbonden, aldus Henstra.

Ze vindt daarom dat het recht van kinderen op natuur zou in het Kinderrechtenverdrag moeten worden opgenomen. Je kunt daarbij denken aan een natuur- en kindvriendelijke inrichting van steden, een betere bescherming en beheer van natuurgebieden en aan meer aandacht voor natuurervaringen in het onderwijs.

(Bron foto: Pixabay)