Mest- en silogassen: stille sluipmoordenaars
In het artikel Het gaat nog veel te vaak mis een interview met Jetty Middelkoop die zich naast haar werk als adviseur gevaarlijke stoffen bij de brandweer hard maakt voor bewustwording onder boeren.
Gevaren herkennen
Middelkoop vertelt dat jaarlijks ten minste drie (geregistreerde) ongevallen gebeuren met mest- en silogassen. In Veeteelt wordt daarbij meermaals verwezen naar het mestsilodrama in het Friese Makkinga in 2013 (zie ook het Groen Kennisnet-bericht Onderschatten risico's mestgassen is dodelijk). De adviseur geeft in Veeteelt een aantal adviezen. Zo duiden dode vogels in de stal op een plaatselijk zeer hoge concentratie waterstofsulfide: het gas dat in mest ontstaat.
En dan gras- of maïskuilen die letterlijk bol staan. Komen er ook nog roodbruine, nitreuze gassen onder het plastic uit en is het gras om de kuil dood, dan is de kans groot dat zich in de kuil een grote hoeveelheid koolstofdioxide bevindt. Dit gas verdrijft zuurstof en vormt met het aanwezige vocht salpeterzuur. Middelkoop: 'Blootstelling aan dit bijtende salpeterzuur veroorzaakt chemische brandwonden. Inademing kan levensbedreigend zijn'.
Blootstelling voorkomen
'Even snel'... is vaak waar het mis gaat: even snel een mestopslag binnengaan, even onder het zeil kruipen, even mest mixen. Deze fouten moeten niet gemaakt worden. Middelkoop noemt een aantal verbeteringen die kunnen worden aangebracht aan opslagruimtes. Sowieso is het het veiligst om geen mensen, maar ook geen dieren, in de stal toe te laten tijden het mixen van mest. Verder wijst ze op de richtlijn Werken in besloten ruimten. Specifiek betreffende opslagplaatsen voor mest is in december vorig jaar de leidraad 'Kiek uut met stront' verschenen.Meer adviezen en informatie van Middelkoop? Deze zijn terug te vinden op haar website HazMatCat. De site behandelt niet alleen gassen uit mest en kuilvoer, maar ook uit andere organische (natuurlijke) materialen.
(Bron foto: Jan Nijman)