Minder inteelt bij geiten door aanpassing fokbeleid

Onderwerp
geitenhouderij, genetica, fokken
Interessant voor
geitenhouders, veehouders, rasorganisaties
De Nederlandse witte geit, de Nederlandse bonte geit, de Toggenburger, de Boergeit en de Nubische geit. Dat zijn de rassen waarvan het Centrum voor Genetische Bronnen Nederland (CGN) de inteelttoename per generatie heeft onderzocht. Voor het onderzoek zijn de gegevens gebruikt van de dieren die tussen 1970 en 2023 zijn ingeschreven bij de stamboeken, die worden beheerd door NOG (Nederlandse Organisatie voor de Geitenfokkerij).
In 2016 was er bij alle rassen een forse toename van inteelt per generatie. Alle rasorganisaties hebben toen aanpassingen in het fokbeleid gemaakt. Het onderzoek van dit jaar toont dat deze aanpassingen het gewenste effect hebben: de inteelttoename van de laatste generatie ligt op een veilig niveau.
Voor een vitale populatie ligt de grens op maximaal 0,25% inteelttoename per generatie. Bij een hoger percentage neemt de kans op erfelijke gebreken toe.
Waarschuwing
Bij alle rassen is alertheid op inteelt nog steeds nodig. Ieder jaar zijn er 1 tot 3 populaire bokken die te veel worden ingezet als fokdier. Ook de nakomelingen van deze vaderdieren worden regelmatig te veel ingezet in de fokkerij. Dit alles is een risico voor inteelt in de toekomst.
De onderzoekers adviseren daarom alle rasorganisaties om fokkers regelmatig updates te geven. Allereerst over het aantal dieren per vader dat al is geselecteerd voor de fokkerij. Daarnaast jaarlijkse feedback over de lammeren die ze aanhouden, uitgesplitst naar de vader.
Nederlandse witte geit
De inteelttoename per generatie is onder controle bij de witte geit. De inteelttoename van de laatste generatie (2021-2023) ten opzichte van de generatie daarvoor ligt op -2,62% Dat betekent een afname van de inteelt. Na 2018 is inteelt vooral afgenomen door het gebruik van melkgeiten (rasloze geiten) en bonte geiten. De verwachte inteelttoename in de populatie is berekend op 0,17% per generatie, wat onder de veilige grens van 0,25% blijft.
Nederlandse bonte geit
Bij de bonte geit is de gemiddelde inteelt niet of nauwelijks toegenomen sinds 2016. De inteelttoename van de laatste generatie (2021-2023) ten opzichte van de generatie van 2018-2020 ligt op -0,60%. Dat is een afname en daarmee goed nieuws. De verwachte inteelttoename voor de bonte geit is berekend op 0,21% per generatie, onder de veilige grens.
De gemiddelde inteeltcoëfficiënt ligt bij dit ras al langere tijd op een vrij hoog niveau, tussen 8% en 10%. Dat betekent dat er een hogere verwantschap is tussen dieren in de populatie, ongunstig voor inteelt. Positief puntje hierbij: de inteeltcoëfficiënt stijgt tussen 2009 en 2023 nauwelijks. Ter vergelijking: bij de witte geiten ligt de verwantschapsgraad vanaf 2021 tussen 6% en 8%.
Verwantschap witte en bonte geit
De populaties van de witte geit en de bonte geit zijn verwant aan elkaar en deze verwantschap neemt beetje-bij-beetje toe. Deze verwantschap is een logisch gevolg van de uitwisseling tussen beide rassen, wat wordt gestimuleerd door de rasorganisaties. De fokcommissies van de witte en de bonte geit zijn samengegaan, de onderzoekers adviseren om beide rassen apart te blijven beheren. Zo vergroten de rasorganisaties de kans op zo groot mogelijke genetische variatie van beide rassen.
Boergeit
De inteelttoename van de laatste generatie (geboorte 2021-2023) ten opzichte van de voorlaatste generatie (geboorte 2018-2020) ligt op -0,17%. Een afname dus. Het gebruik van buitenlandse bokken helpt om de inteelttoename onder controle te houden. Maar de verwachte inteelttoename is berekend op 0,38% en dat maakt de boergeit in de toekomst kwetsbaar voor de uiting van erfelijke gebreken.
De Nederlandse populatie van de boergeit is net te klein om safe te zijn, want een kleine populatie is gevoeliger voor inteelt dan een grote populatie. Ook de samenstelling van de fokpopulatie kan beter: het aantal geiten per bok is aan de hoge kant. De onderzoekers adviseren om ieder jaar iets meer bokken aan te houden.
Nubische geit
Bij de Nubische geit ligt de inteelttoename van de laatste generatie (2021-2023) ten opzichte van de generatie van 2018-2020 op -0,15%. De verwachte inteelttoename voor de Nubische geitenpopulatie is berekend op 0,16% per generatie en dat is positief. Het huidige fokbeleid en de regelmatige inzet van buitenlandse bokken draagt bij aan minder inteelt.
De gemiddelde inteeltcoëfficiënt per geboortejaar daalt over de periode 2009 tot 2023. Lag deze in 2009 nog op bijna 7%, in 2023 is de inteeltcoëfficiënt gedaald onder 5%. Dat betekent er steeds iets minder verwantschap is tussen de dieren uit de populatie, en dat is gunstig.
Toggenburger
De inteelttoename van de laatste generatie Toggenburgers (geboorte 2021-2023) ten opzichte van de generatie daarvoor is negatief: -0,13%. Het beleid om beperkt bokken van buitenaf te gebruiken is hierbij helpend.
Maar er zijn zorgen rond het ras. De verwachte inteelttoename is berekend op 0,28% en dat is boven de veilige grens van 0,25%. Dat maakt de Toggenburger in de toekomst kwetsbaar voor het optreden van erfelijke gebreken. Ook is de Nederlandse populatie aan de kleine kant. En een kleine populatie is gevoeliger voor inteelt dan een grote. Verder is het aantal geiten per bok is aan de hoge kant. De onderzoekers adviseren de fokcommissie om ieder jaar iets meer bokken aan te houden.
Leeravond: fokkerij in kleine populaties
Meer info en aanmelden: Fokken met verstand
De bijeenkomst is onderdeel van de serie ‘Fokken met Verstand’, waarvan de eerdere webinars zijn terug te zien. Een greep uit de webinar-onderwerpen: omgaan met inteelt, inteeltbeheersing in de praktijk en balans tussen selectie en inteelt.