Minder landbouwgrond, meer open natuur
Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) brengt elke twee tot drie jaar het functionele bodemgebruik in kaart aan de hand van luchtfoto's, kaarmateriaal en andere bronnen. Uit een bericht van het CBS van 3 december blijkt dat in 2015 58% van de oppervlakte in gebruik is als groene ruimte, waarvan 54% een agrarische bestemming heeft. De rest van dit groene areaal is bos, open natuurlijk terrein en recreatieterrein. Daarnaast bestaat Nederland nog voor 19% uit water, en 13% uit bebouwd gebied, zoals woon- en bedrijfsterrein.
Afname areaal landbouwgrond
Maar het grondgebruik is in drie jaar tijd wel veranderd. 45.000 hectare wijzigde van bestemming, dat is 1% van de totale oppervlakte. Het areaal grond dat voor land- en tuinbouw wordt gebruikt nam af met ruim 15.000 hectare, terwijl het areaal aan open natuurlijk terrein en recreatieterrein toenam met respectievelijk 11.000 en 2000 hectare. De oppervlakte open nat natuurlijk terrein steeg met 12% het sterkst, aldus het CBS.
Klimaatbuffer
Die cijfers illustreren de ontwikkeling dat steeds meer boerenland wordt vrijgegeven voor hoge grondwaterstanden, met waterberging. Hierdoor ontstaan zogenaamde plasdrasterreinen, die gekwalificeerd worden als open nat natuurlijk terrein. Als voorbeeld kun je denkt aan polder Peizer en Eeldermaden bij Groningen waar ruim 800 hectare voormalig agrarisch terrein onder water is gezet. Daar is het natuurgebied de Onlanden ontstaan dat als klimaatbuffer moet functioneren.
Het areaal recreatieterrein nam toe met 2200 hectare. Dat aeraal beslaat 3% van het totale landgebruik. Gemiddeld komt er per jaar duizend hectare aan recreatieterrein bij. De groei zit voornamelijk in parken en plantsoenen, verblijfsrecreatie en sportterreinen.
(Bron foto: Pixabay)