Nieuws

Naar een verantwoord minimaal antibioticagebruik in de veehouderij

De Autoriteit Diergeneesmiddelen (SDa) heeft het antibioticumgebruik van de Nederlandse dierhouderijen voor het vijfde achtereenvolgende jaar inzichtelijk gemaakt. Omvangrijke dalingen in antibioticumgebruik worden niet meer waargenomen.

Benchmarkwaarden

Sinds 2011 wordt door de SDa het antibioticumgebruik op dierhouderijen gemonitord aan de hand van benchmarkwaarden gedefinieerd per diersector en bedrijfstype. Op grond van deze waarden wordt het antibioticumgebruik op bedrijven ingedeeld in streef-, signalerings- en actiegebied. In het voorjaar van 2014 is ook een benchmarkingsmethode voor dierenartsen geïntroduceerd en gepubliceerd. De door de diersectoren aangeleverde gegevens stellen de SDa in staat:

  • te rapporteren over de ontwikkeling in het gebruik van antibiotica in de dierhouderij;
  • benchmarkwaarden op te stellen en bedrijven en dierenartsen te benchmarken;
  • vergelijkingen te maken tussen gebruiks- en verkoopcijfers van antibiotica.

Aan de hand van de geanalyseerde gegevens kan per bedrijf en dierenarts ook worden vastgesteld of er sprake is van persistent hoog of laag antibioticumgebruik door bedrijven en dierenartsen over meerdere jaren.

Geringe daling

Ten opzichte van 2014 bedroeg de daling in het antibioticumgebruik in de rundveesector 2,2%, in de varkenssector 5,0% en in de vleeskuikensector 7,4%. Het gebruik in de kalkoensector en kalversector is, respectievelijk, met 16,9% en 4,3% gestegen. De kalkoensector blijft dus sterk achter met noodzakelijke aanpassingen om het antibioticumgebruik te reduceren. Een positief aspect is dat veel bedrijven het lage gebruik hebben weten te consolideren. Echter, de stijgingen worden juist in de diersectoren waargenomen waar het gebruik relatief hoog is en verschillen in gebruik tussen bedrijven nog relatief groot zijn.

De vorig jaar geconstateerde afvlakking in de vermindering van het antibioticumgebruik zet door. Op basis van de verkoopcijfers is het totale gebruik van antibiotica in 2015 met 0,65% gedaald ten opzichte van 2014. Ten opzichte van het door de overheid gekozen referentiejaar 2009 is het totale gebruik gedaald met 58,4%. In 2015 zijn onderzoeken gestart bij dierenartsenpraktijken voor gezelschapsdieren en paarden en deze worden later in 2016 afgerond.

Extra inspanningen

De SDa constateert dat er nog bedrijven zijn die geen verandering in gebruik tonen. De bedrijven in het actiegebied en signaleringsgebied zullen aangezet moeten worden tot extra inspanningen om het gebruik te verlagen. Meer nadruk op het reduceren van het gebruik op deze bedrijven is nodig omdat juist op deze bedrijven een verhoogd risico bestaat op resistentievorming en vervolgens verspreiding van resistente bacteriën.

Verantwoord minimaal gebruik

Sinds 2009 is het gebruik sterk verlaagd en de spreiding in het gebruik sterk verminderd. Een beweging naar meer verantwoord en meer uniform gebruik tekent zich af. Dit vraagt om aanpassing van de benchmarkwaardensystematiek. Daar waar uit de analyse blijkt dat er zich een laag, uniform verantwoord antibioticumgebruik in een sector aftekent, kan overgegaan worden tot één mogelijk definitieve, benchmarkwaarde. Voor deze (deel)sectoren geldt dat het gebruik teruggebracht is naar een niveau dat inherent is aan het houden van dieren. De SDa constateert hiermee dat nulgebruik voor de Nederlandse dierhouderij niet het eindpunt zou moeten zijn.

(Bron figuur: Autoriteit Diergeneesmiddelen)