Nieuws

Natuurschoonwet zorgt voor behoud landgoederen

Het kost menig landgoedeigenaar hoofdbrekens een landgoed rendabel te houden. Een eigenaar kan wat doen door commerciële activiteiten te ondernemen, maar de natuurschoonwet met fiscale voordelen is waardevol.

De Natuurschoonwet (NSW) werd in 1928 in het leven geroepen om landgoederen, en dan vooral het natuurschoon te behouden. Rentmeester Alexander Geene vindt die Natuurschoonwet van groot belang voor de instandhouding van landgoederen, maar aanpassing is soms wel nodig.

Ondernemen

In het artikel 'Natuurschoon voor de toekomst behouden' gaat Geene in op het belang van de Natuurschoonwet. Hij ziet dat menig landgoedeigenaar het lastig vindt een landgoed rendabel te houden. Verschillende eigenaren ondernemen daarom commerciële activiteiten zoals het maken van jams, het faciliteren van horeca of het organiseren van fairs of congressen. Vaak is dat heel goed mogelijk zonder het karakter van het landgoed aan te tasten.

Natuurschoonwet

Wat je bij alle landgoederen ziet is dat ze onder de natuurschoonwet vallen. Die wet eist dat er geen aaneengesloten landbouwgronden binnen de natuurschoonwet-rangschikking vallen. Daarom zie je bij die landgoederen vaak weilanden met in het midden een boom. De NSW legt meer beperkingen op. Zo moet een NSW-landgoed voor minstens 30% uit bos en natuur bestaan en bebouwing mag geen inbreuk doen op het natuurschoon. Een pachtboer die een nieuwe stal bouwt, moet zorgen dat die stal binnen het landgoed past. En je moet je landgoed openstellen voor publiek.

Daartegenover staat dat de NSW fiscale voordelen beidt. Zo stelt de NSW het landgoed vrij van erfbelasting. Rentmeester Geene vindt dat aanpassing van de NSW wel nodig is. Nu kunnen golfterreinen ook onder de NSW-rangschikking vallen, maar die terreinen hebben in zijn ogen niets met natuurschoon te maken.

(Bron foto: Pixabay)