Nieuwe speltrassen minder ziektegevoelig
Spelt (Triticum spelta) is een graangewas dat nauw verwant is aan tarwe (Triticum aestivum). Het is een van de graansoorten die in historische tijden geteeld werden, net als eenkoren (T. monococcum) en emmertarwe (T. dicoccum). Spelt werd vanaf de 19e eeuw meer en meer verdrongen door tarwe omdat tarwe makkelijker te oogsten is en er hogere opbrengsten te halen zijn. De laatste jaren zie je een groeiende belangstelling voor spelt. De samenstelling van spelt is anders. Er worden gezondheidseigenschappen aan spelt toegeschreven en het zou beter verteerbaar zijn, zo is te lezen in de praktijkgids voor biologische spelt die het Vlaamse onderzoeksinstituut Inagro in 2015 uitbracht.
Rassenproef
Omdat biologisch geteelde spelt in trek is, testte onderzoeksinstituut CCBT twee jaar achtereen verschillende rassen. De eerste rassenproef is in het seizoen 2014-2015 uitgevoerd, de tweede proef een jaar later. Het artikel 'Rassenproef biologische spelt 2015-2016' laat zien wat de resultaten zijn van die proeven.
Ziekten
De spelt in de tweede proef werd in november van 2015 onder goede omstandigheden gezaaid. Na een vrij zacht winter stonden de meeste rassen er in maart schaars bij met redelijk wat verkleurd blad. Omdat het voorjaar koud en nat was, trad in de meest gevoelige gewassen de schimmelziekte gele roest vrij vroeg op. Later kwam daar ook een aantasting van bladvlekkenziekte (Septoria) bij. In juli werden de gewassen geoogst. De gemiddelde opbrengst was met 4,8 ton per hectare niet hoog, melden de onderzoekers. Een jaar eerder was die opbrengst nog een ton hoger.
Opbrengstverschillen
Uit beide proeven blijkt dat je onderscheid kunt maken in 'oude' en 'nieuwe' rassen. De meeste oudere rassen, met uitzondering van Titan, zijn gevoeliger voor gele roest en de opbrengst is lager. De nieuwe rassen als Frankenkorn, Epanis, Serenité en Zollernspelz laten een lagere ziektegevoeligheid zien en een hogere opbrengst.
(Bron foto: Pixabay)