Op naar een duurzame toekomst voor Nederlandse geitenrassen
Hoe zou je de fokkerij op een goede manier kunnen organiseren? Hoe goed om te gaan met verschillende belangen? Een mogelijkheid is bijvoorbeeld om gebruik te gaan maken van een testbedrijf voor melkcontrole. Het was een gezellige en informatieve dag met veel stof tot nadenken.
Het symposium is samen met Stichting Zeldzame Huisdierrassen (SZH) en Centrum van Genetische bronnen Nederland (CGN) ingevuld. Het symposium telde ruim 80 deelnemers en leidde tot een aantal vervolgstappen, zoals het verder uitwerken van een gezond fokbeleid en het opstellen van een communicatieplan. De NOG verenigt de fokkers van vijf geitenrassen: de Nederlandse Witte geit, de Nederlandse Toggenburgergeit, de Nederlandse Bonte geit, de Nederlandse Nubische geit en de Nederlandse Boergeit.
Geitenrassen behoeden voor inteelt
Het symposium begon met een terugblik en een doorkijk naar de toekomst NOG-voorzitter Doede de Jong. Daarna gaf Kor Oldenbroek (CGN) in zijn inleiding aan dat de populaties van de geitenrassen klein zijn geworden en dat dit vraagt om fokprogramma’s met aandacht voor verwantschap en inteelt. “Daarmee kun je een toekomstbestendige fokkerij opzetten”, aldus Oldenbroek.
Uit zijn populatieanalyses bleek dat er weinig boklammeren ingeschreven worden en weinig vaderdieren gebruikt worden. Oldenbroek concludeerde dat de populaties van Nubisch en Boergeit te klein zijn en de beschikbare afstammingsgegevens te weinig generaties bevatten om betrouwbare uitspraken te kunnen doen. Ook gaf hij aan dat de inteelttoename bij Wit en bij Bont mogelijk onderschat wordt omdat er nogal wat dieren met onbekende afstamming zijn.
Melkcontrole en samenwerking
Gediscussieerd werd hoe je de fokkerij op een goede manier zou kunnen organiseren met hobbyfokkers en professionele bedrijven? Hoe goed om te gaan met verschillende belangen?
Een mogelijkheid is om gebruik te gaan maken van een testbedrijf waar, met name voor de geiten van hobbyfokkers, de melkcontrole uitgevoerd wordt. Dat levert immers veel informatie over individuele dieren. En laat in het fokdoel ruimte voor variatie, keur niet te streng, was het advies. Nonja Remijn (SZH) vertelde enthousiast en interactief over de kracht van de samenwerking. Vertel wat je doet, was haar boodschap.
(Bron foto: Wilma Taks)