Nieuws

Overstappen van vlees naar plantaardig blijkt lastig

plantaardige proteïne - Tatjana Baibakova via Shutterstock
Bron foto: Tatjana Baibakova, Shutterstock (Shutterstock license)
Samenvatting
  • Onderwerp
    Agrifoodmonitor 2022
Bekijk de bronnen
Willen is iets anders dan doen, zo blijkt uit de Agrifoodmonitor 2022. Nederlanders willen best zuivel, vlees en eieren vervangen door plantaardige alternatieven, maar dit blijkt lang niet altijd uit hun gedrag. Nieuwe eiwitten, zoals vleesvervangers of tofu, worden nog weinig gegeten.

Consumenten missen vooral de kennis en vaardigheden om met plantaardige alternatieven uit de voeten te kunnen. Ze vragen zich hardop af hoe ze met producten die ze niet kennen moeten koken, hoe ze bekende recepten kunnen aanpassen aan plantaardige eiwitbronnen of hoe ze een gebalanceerd plantaardig dieet kunnen volgen. Daarnaast ervaren ze in het algemeen nauwelijks sociale druk uit hun omgeving om plantaardige alternatieven te eten.

De ruim drieduizend geraadpleegde consumenten vinden de duurzaamheid van voedsel belangrijk, alleen waarden gericht op persoonlijk voordeel blijken nóg belangrijker. Zo noemen ze de smaak, versheid, veiligheid, betrouwbaarheid, betaalbaarheid en gezondheid als eerste.

Seizoensproduct verliest aandacht

Duurzame waarden scoren in de middenmoot, waarbij voedselverspilling tegengaan, natuurlijk voedsel, dierenwelzijn en transparantie het belangrijkst zijn. Klimaatvriendelijkheid is dit jaar voor het eerst gemeten, deze scoort als een van de laagste binnen de duurzame voedselwaarden. Onderzoekers zouden graag meer te weten komen over de koppeling tussen duurzame voedsel waarden en klimaatimpact. Ze vragen zich af welke aanknopingspunten producenten hebben om hun meerwaarde op het gebied van klimaatinspanningen te laten zien.

Consumenten vinden het seizoensproduct aantoonbaar minder belangrijk dan vorig jaar. Ook de waarde rechtvaardigheid verliest terrein ten opzichte van het ‘coronajaar’ 2020. De onderzoekers merken op dat het thema voedsel mogelijk minder belangrijk is geworden is voor Nederlanders.

Positieve waardering blijft

Nederlanders zijn onverminderd positief over de agri- en foodsector, maar de stijgende trend van de afgelopen jaren stokt. De tuinbouw en de akkerbouw worden het meest positief gewaardeerd, gevolgd door de melkveehouderij, de supermarkten, de visserij en de voedingsmiddelenindustrie. De pluimveehouderij en de varkenshouderij krijgen en minder positieve waardering.

Bij sommige sectoren is er een kleine daling in waardering zichtbaar, deze is niet aantoonbaar. Alleen de waardering voor de supermarkten is aantoonbaar licht gedaald, al blijft die waardering positief. In vergelijking met referentiesectoren zoals de kledingsector, farmaceutische industrie of de energiebedrijven springt de agri- en foodsector er als geheel positief bovenuit.

Terugkerende peiling

De Agrifoodmonitor is een terugkerende peiling die sinds 2012 tweejaarlijks en sinds 2020 jaarlijks wordt uitgevoerd door Wageningen University & Research. Het veldwerk voor de Agrifoodmonitor is in juli 2022 gedaan. ‘De monitor is steeds belangrijker om trends in beeld krijgen’, zegt onderzoeker Mariët van Haaster-de Winter. ‘Door de jaarlijkse peiling hebben we meer ruimte voor verdiepingsvraagstukken. We willen de waardering begrijpen, kijken naar trends over tijd en we geven suggesties hoe de sector de waardering verder kan verstevigen.’

Door de jaren heen zien de onderzoekers van Wageningen Economic Research en marktpartijen in de voedselketen dat steeds meer mensen vegetarisch, flexitarisch en veganistisch zijn gaan eten. Het totale verbruik van vlees en vleeswaren per hoofd van de bevolking in Nederland ligt in 2021 op 76,1 kg (op basis van karkasgewicht). Dit is vrijwel gelijk aan de 75,9 kg in 2020. De coronajaren niet meegerekend, is volgens de onderzoekers de trend om wat minder vlees te eten.