Nieuws

Positieflijst zoogdieren later van kracht, systematiek aangepast

Bij het tot stand komen van de positieflijst zoogdieren zullen stakeholders nadrukkelijker betrokken worden en diersoortspecifieke knelpunten beter geduid worden. Dit schrijft staatssecretaris Dijksma van Economische zaken aan de Tweede Kamer. 1 januari 2015 wordt de nieuwe ingangsdatum.

Positieflijsten

Het doel van een positieflijst is het reguleren van soorten die uit oogpunt van dierenwelzijn en risico’s voor de mens verantwoord gehouden kunnen worden. In 2008 is aan Wageningen UR (WUR) gevraagd een transparante systematiek te ontwikkelen die voldoet aan het Andibel-arrest uit 2011 en waarmee per diersoort een welzijns- en gezondheidsrisico-inschatting voor mens en dier kan worden opgesteld. Er is een wetenschappelijke inventarisatie van de behoeftes van de diersoort in haar natuurlijke en gehouden omgeving uitgevoerd. En er is een inschatting gemaakt van welzijnsrisico’s voor zoogdiersoorten wanneer deze als gezelschapsdier door een niet-gespecialiseerde particulier gehouden worden.

Onvoldoende zicht op daadwerkelijke knelpunten

Naar is gebleken biedt de door de WUR ontwikkelde database onvoldoende mogelijkheden om achteraf inzichtelijk te maken op grond waarvan een bepaalde risico-inschatting heeft plaatsgevonden. Er is bij de ontwikkeling van de database niet gevraagd om ook inzichtelijk te maken of bepaalde risico’s geminimaliseerd kunnen worden met diersoortspecifieke houderijvoorschriften. De Raad voor Dierenaangelegenheden (RDA) heeft staatssecretaris Dijksma per brief van 1 april jl. geïnformeerd dat zij hierdoor geen overtuigende en juridisch houdbare houderijvoorschriften kunnen benoemen waarmee het ingeschatte gezondheids– en welzijnsrisico kan worden geminimaliseerd. In overleg met de RDA en stakeholders heeft Dijksma besloten om de onderliggende systematiek van welzijns- en gezondheidsrisico’s opnieuw te laten bekijken zodat het noodzakelijke inzichtelijk kan worden verkregen en tevens meer draagvlak wordt gecreëerd bij de stakeholders.

Aangepaste systematiek

Na toetsing door een onafhankelijke wetenschappelijke werkgroep, en bij verschillende betrokken partijen, heeft staatssecretaris Dijksma besloten om de onderliggende systematiek aan te passen. De database met daarin de risico-inschatting voor de diersoorten wordt opnieuw gevuld. Daarbij blijft het kunnen uitoefenen door de diersoort van het natuurlijk gedrag leidend. Ook blijft de risico-inschatting gebaseerd op de meest betrouwbare wetenschappelijke bevindingen aangevuld met informatie vanuit de houderijpraktijk over soorten: gedrag en gezondheid in de natuurlijke en in de gehouden omgeving en gevaar voor de mens in de gehouden omgeving.

Experts van de stakeholders worden vanaf het begin intensief betrokken bij het aanleveren van diersoortspecifieke bevindingen waarmee de database gevuld gaat worden. De experts stellen ook de hierbij behorende welzijns- en gezondheidsrisico-inschatting op. Wanneer dat van toepassing is zullen ook diersoortspecifieke houderijvoorschriften worden toegevoegd waarmee de vastgestelde risico’s geminimaliseerd worden.

Positieflijst Advies Commissie (PAC)

Het door de expertcommissie opgestelde advies over eventuele aanwijzing van de zoogdiersoort op de positieflijst, in combinatie met eventuele diersoortspecifieke houderijvoorschriften, zal worden voorgelegd aan een in te stellen adviescommissie, de Positieflijst Advies Commissie (PAC) die verantwoordelijk zal zijn voor het opstellen van het definitieve advies. De PAC zal bestaan uit deskundigen op het gebied van diergedrag, diergezondheid, zoönosen en ethiek. Hiermee wordt gewaarborgd dat in het advies van de PAC verschillende invalshoeken zijn meegewogen.

Om te voorkomen dat er door de toepassing van de aangepaste methode een onderscheid ontstaat in de uitvoering van de risicoinschatting met de oude methode heeft Dijksma besloten om van de al beoordeelde diersoorten nogmaals een risico-inschatting te laten plaatsvinden. Voor de productiediersoorten, honden en katten is niet zozeer de vraag van belang of ze gehouden kunnen worden maar onder welke voorwaarden. Aan het houden van hond en kat zijn in het Besluit houders van dieren al aanvullende voorwaarden verbonden. Voor productiedieren gelden naast de algemene voorwaarden diersoortspecifieke Europese welzijnsregels. Mogelijk dienen nog wel aanvullende diersoortspecifieke houderijvoorschriften opgesteld dienen te worden voor deze diersoorten, op basis van de aangepaste methode.


de aangepaste methode. Invoering positieflijst uitgesteld

Met ingang van 1 juli jl. zijn het Besluit houders van dieren alsmede de Regeling houders van dieren in werking getreden. Het op deze datum tevens van kracht laten worden van de positieflijst bleek als gevolg van het aanpassen van de systematiek niet haalbaar. Ook zal een verbod op het houden van diersoorten die niet op de positieflijst staan moeten worden genotificeerd bij de Europese Commissie (EC). Hierbij moet een reactietermijn voor de EC van drie maanden in acht worden genomen. Gelet hierop en de benodigde tijd om de beoordelingen van de zoogdiersoorten volgens de aangepaste methode daadwerkelijk in gang te zetten, kunnen de regels over de positieflijst niet eerder dan per 1 januari 2015 in werking treden.



(Bron foto: Wikimedia Darkone