Reductie broeikasgassen in de melkveehouderij
Op 10 juli werden de hoofdlijnen van een klimaatakkoord gepresenteerd waarin de ambities voor Nederland werden beschreven. De uitstoot van broeikasassen met bijna de helft (49%) verminderen ten opzichte van 1990. Voor de landbouw is de opgave de uitstoot van de broeikasgassen methaan, lachgas en CO₂ met 3,5 miljard kilo (megaton) te verminderen. De melkveehouderij moet zich inspannen voor 0,8 megaton CO₂-reductie.
CO₂-emissie
Uit het artikel 'Melkveehouderij draagt haar steentje bij aan de nationale klimaatopgave' blijkt dat zuivelorganisatie NZO en brancheorganistie LTO voor de melkveehouderij wel mogelijkheden zien. In een uitgewerkt plan voorzien ze voor de melkveehouderij een reductie van van 2,6 megaton aan CO₂-equivalenten. Dat is heel wat meer dan de 0,8 megaton die is voorzien in de hoofdlijnen van het klimaatakkoord.
Gemiddeld ligt de broeikasgasemissie in Nederland op een niveau van 1,15 CO₂-equivalent per kilogram melk. In 1990 lag de emissie van een gemiddelde koe in Nederland nog wat hoger: tussen de 1,40 en 1,45 kilo CO₂-equivalent per kilogram melk. Dat die emissie gedaald is, is te verklaren door een betere benutting van mineralen en een hogere melkproductie per koe. Maar er zijn wel verschillen tussen bedrijven. De bedrijven met de laagste emissie weten melk te produceren met 0,8 CO₂-equivalent aan broeikasgas, bedrijven met de hoogste emissie zitten boven de 2. Er valt dus veel te winnen.
Bodem en gewas
Het vakblad noemt in het artikel vier verschillende sporen om de CO₂-emissie te verlagen. Dat kan door een aangepast rantsoen, via mestopslag en bemesting, door energiebesparing en productie van duurzame energie of door maatregelen op het gebied van bodem en gewas. Zo kun je met slimmer landgebruik de afbraak van laagveen remmen. Of je kunt minder grasland scheuren. Met deze verschillende maatregelen kun je een reductie 1,6 megaton aan CO₂-equivalent realiseren.
Eiwit van eigen bodem
Daarnaast kun je ook de uitstoot van CO₂ in het buitenland verminderen door meer eiwit van eigen bodem te gebruiken. In diversers pilots moet duidelijk maken wat er mogelijk is. Melkveehouders kunnen zelf kiezen welke maatregelen ze nemen. De een kan kiezen voor een wijziging in het rantsoen, de andere voor energiebesparende maatregelen of voor vermindering van de hoeveelheid jongvee.
(Bron foto: Pixabay)