Spanning rond gebruik van bestrijdingsmiddelen loopt op
Onderwerp
gezondheid, gewasbescherming, bollenteelt
Interessant voor
telers, tuinders, adviseurs
De afgelopen kwarteeuw is de bollenteelt in Drenthe sterk gegroeid. Het areaal verviervoudigde tot ruim tweeduizend hectare. Driekwart daarvan ligt in Midden-Drenthe en Westerveld. In de laatstgenoemde gemeente maakt een grote groep burgers zich zorgen over het gebruik van grondwater en de inzet van bestrijdingsmiddelen.
De vereniging Meten=Weten komt lokaal op voor de belangen van bewoners en de omgeving. Dit burgerinitiatief doet zelfstandig onderzoek naar de verspreiding van pesticiden. Bij teelten als gladiolen, tulpen, pioenrozen en met name bij de productie van lelies is het gebruik van gewasbescherming omvangrijk. Bij een van de onderzoeken zijn in 87 monsters 132 verschillende bestrijdingsmiddelen aangetroffen. Dat is vrijwel evenveel als in eerder onderzoek op 25 veehouderijbedrijven in de provincie Gelderland, waar 134 stoffen werden gevonden, zo bericht vakblad Bodem in het artikel Hoezeer zijn ons leefmilieu en wijzelf belast? : Onderzoek verspreiding bestrijdingsmiddelen in Drenthe en omstreken.
Middelen in voedergewassen
Volgens de vereniging is één van de meest verontrustende monsters genomen van de groenbemester rogge die was ingezaaid na de teelt van lelies. 'De zeer hoge gehalten van heel veel stoffen die we daarin aantroffen maken het onwaarschijnlijk dat een dergelijk gewas geschikt zou zijn voor consumptie door vee. Voor zover ons bekend is dat in dit geval daarvoor ook niet gebruikt', aldus de lokale onderzoekers in. Ook voor andere voeder- en voedselgewassen na sierteelten valt de geschiktheid als veevoer te betwijfelen. Een weinig geruststellend feit is het dat er in Europa helemaal geen normen bestaan voor bestrijdingsmiddelen in veevoer.'
Het RIVM (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu) constateerde eerder dat pesticiden zich veel verder verspreiden dan de bespoten akker. Zo zijn mogelijk schadelijke stoffen aangetroffen onder deurmatten en in huisstof van woningen tot 500 meter afstand van bollenvelden. Volgens het RIVM is onduidelijk hoe vaak en voor hoeveel stoffen de normen precies worden overschreden. 'De meest milieubelastende gewasbeschermingsmiddelen kunnen namelijk niet nauwkeurig genoeg worden gemeten', zo schrijft het onderzoeksinstituut op haar website.
Bewogen bijeenkomst
In de nieuwste aflevering van de podcast ‘Red de Lente’ Help, mijn buurman spuit pesticiden! gaat journalist Dirk de Bekker naar een bewogen bijeenkomst over bloembollen en bestrijdingsmiddelen in het provinciehuis van Drenthe. Daarbij zijn vertegenwoordigers aanwezig van het ministerie van Landbouw, Visserij, Voedselveiligheid en Natuur en van het Ctgb, College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden.
Experts zijn in de podcast kritisch over de houding van de overheid. Urgenda-directeur Marjan Minnesma vindt dat de overheid onterecht schermt met het toepassen van het voorzorgsprincipe. Dit houdt in dat als een ingreep of een beleidsmaatregel ernstige of onomkeerbare schade kan veroorzaken aan de samenleving of het milieu, de bewijslast ligt bij de voorstanders van de ingreep of de maatregel. Gerechtelijk uitspraken in onder andere Boterveen en Sevenum laten volgens Minnesma het tegenstelde zien, waarbij de teelt van lelies door de rechter aan banden wordt gelegd. Het feit dat de overheid wordt gecorrigeerd in individuele rechtszaken creëert voor de telers weer veel onzekerheid, constateert ze.
“We inhaleren ze en we eten ze. Wat dat doet voor onze gezondheid en het ecosysteem is onduidelijk”
Voorzorgsprincipe
Violette Geissen, hoogleraar bodemkunde aan Wageningen University & Research zegt in 2023 in het actualiteitenprogramma EenVandaag dat we ‘omringd zijn door een wolk van residuen van pesticiden’. “We inhaleren ze en we eten ze. Wat dat doet voor onze gezondheid en het ecosysteem is onduidelijk.” Uit Europees onderzoek blijkt dat behalve in huisstof ook in bloed, urine en ontlasting van boeren en tuinders residuen van gewasbeschermingsmiddelen zitten. Onkruidbestrijder Glyfosaat wordt het vaakst wordt aangetroffen en deels ook middelen die sinds jaar en dag verboden zijn.
Hoogleraar Roel Vermeulen van de Universiteit Utrecht constateert een gebrek aan gegevens over lokaal bestrijdingsmiddelengebruik, waardoor onderzoekers met landelijke schattingen moeten werken. Hij pleit voor een centraal registratiesysteem voor gebruik, zodat verbanden tussen blootstelling en eventuele ziektes kunnen worden aangetoond dan wel uitgesloten. Vermeulen is leider van het grootschalige Onderzoek Bestrijdingsmiddelen en Omwonenden.
Gewasbescherming aan banden
De productgroep Lelie van de Koninklijke Algemeene Vereeniging voor Bloembollencultuur (KAVB) heeft dit jaar besloten dat de lelieteelt binnen vijf jaar evenveel gewasbeschermingsmiddelen gaat gebruiken als andere akkerbouwgewassen. “We zien als sector een grote vraag vanuit de samenleving naar verduurzaming op het gebied van gebruik van gewasbeschermingsmiddelen. Met deze grote ambitie laten we zien dat het ons menens is”, zegt KAVB-voorzitter Hester Maij in Nieuwe Oogst. Volgens de organisatie is de laatste jaren al veel ervaring opgedaan met het reduceren van het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen.
Met Vitale Teelt 2030 is een onderzoeks- en uitvoeringsprogramma in gang gezet om een robuust teeltsysteem te ontwikkelen. In Drenthe nemen verschillende partijen deel aan het programma Duurzame Bollenteelt Drenthe. Een van de vragen die daarin centraal staat: ‘Hoe komen we tot oplossingen voor knelpunten die omwonenden ervaren bij de teelt van bloembollen?’