Succesvolle roofmijt in de fruitteelt
Roofmijten worden in de glastuinbouw al jaren ingezet om plagen en spint en trips te bestrijden. Nu het aantal chemische middelen om spint te bestrijden wegvallen, de toelating ervan wordt ingetrokken, groeit de belangstelling voor de inzet van roofmijten in buitenteelten, zoals de fruitteelt en de boomkwekerij.
Inheems
De veel gekweekte roofmijt Amblyseius andersoni, blijkt het goed te doen in appel en kers, zo schrijft het vakblad Management & Techniek in een artikel. Deze roofmijt is een inheemse soort, die voorkomt naast de Typhlodromus pyri. De soort wordt onder meer ingezet in tomaten, komkommers, aubergines en snijbloemen, maar ook bij frambozen en aardbeien. Deze roofmijt voedt zich met diverse spint- en galmijten en trips. Daarnaast kan de soort, wanneer er onvoldoende prooien zijn, ook overleven op basis van stuifmeel en plantensappen.
Overwinteren
In een praktijkproef is deze soort in een appel en kersenboomgaard geïntroduceerd. De soort blijkt spintmijt en galmijten te onderdrukken, al kan het nodig zijn bij extreem hoge temperaturen, wanneer spintmijten zich explosief ontwikkelen, de bestrijding te ondersteunen met een andere roofmijt: Phytoseilus persimilis. Amblyseius andersoni is in staat te in de boomgaard overwinteren en er zich zo blijvend te vestigen.
(Amblyseius andersoni, foto:WUR PPO)