Tekenbeten aanpakken in vier stappen
Teken zijn kleine platte spinachtige dieren die in het hele land voorkomen in bossen, duinen, heidegebieden, beschutte weilanden, parken en tuinen. Iedereen die buiten bezig is, kan in aanraking komen met een teek. Teken zitten vaak in de beplanting, in hoog gras bijvoorbeeld. Wanneer dieren of mensen langslopen, kunnen ze meeliften. Ze kruipen dan naar beschutte warme plekjes op je lichaam, knieholtes, oksels of bilspleet bijvoorbeeld om bloed te zuigen. Het gevaar schuilt niet in de tekenbeet zelf, maar in de ziekten die teken over kunnen dragen.
Ziekteverwekkers
Meestal gaat het bij mensen om de schapenteek, Ixodes ricinus. Ongeveer 20% van die teken, is besmet met Borrelia burgdorferi, een bacterie die de ziekte van Lyme kan veroorzaken. Er zijn meer ziekteverwekkers die door teken worden overgedragen. Zo is er het Tekenencefalitis virus dat nu ook in Nederland soms wordt aangetroffen die hersenvliesontsteking kan veroorzaken en zijn er teken die besmet zijn met Borrelia miyamotoi die ook griepachtige verschijnselen veroorzaakt.
Om mensen bewust te maken van de risico's van teken organiseren verschillende organisaties zoals Stigas, GGD Nederland, RIVM, De Nederlandse Vereniging voor Lymepatiënten, FNV en Natuurmonumenten jaarlijks de week de teek, dit jaar van 3 tot en met 7 april. De belangrijkste boodschap is dat je tekenbeten moet voorkomen. En als je een teek vindt, moet je die teek zo snel mogelijk verwijderen.
Stappenplan
ZorgWijzer heeft voor de tekenweek van 2017 een stappenplan gemaakt waarin wordt uitgelegd hoe je de risico's van een tekenbeet kunt verminderen. Het voorkomen van een tekenbeet en de controle en herkenning zijn de belangrijkste twee stappen.
Het stappenplan bestaat uit vier stappen. De eerste stap is het voorkomen van tekenbeten. Dat doe je met de juiste tekenwerende kleding, het mijden van dichte begroeiing en struikgewas en het gebruik van insectenwerende middelen zoals DEET. Controle op teken nadat je weer thuis bent is de tweede stap. Let vooral op plekjes bij de liezen, knieholtes, bilspleet, oksels, achter de oren, rond de haargrens en aan de randen van het ondergoed.
Vind je een teek, dan moet je het dier verwijderen, het liefst met een tekentang. Hoe eerder de teek verwijdert, wordt hoe kleiner de kans op besmetting en de ziekte van Lyme. Gebruik daarbij geen olie, alcohol of vuur om de teek te irriteren of om de verwijdering te vergemakkelijken. Vind je een teek die langer dan 24 uur op de huid heeft gezeten, ga dan naar de huisarts.
(Bron foto: Pixabay)