Nieuws

Veehouderij houdt aandacht voor antibioticagebruik

Pig at factory, agnormark via iStock
Bron foto: agnormark, Pig at factory (iStock)
Samenvatting
  • Onderwerp
    veehouderij, antibiotica
  • Interessant voor
    veehouders, dierenartsen
Bekijk de bronnen
De Nederlandse veehouderij gebruikte in 2022 22,9% minder antibiotica in vergelijking met 2021. Dat blijkt uit een rapport van de Autoriteit Diergeneesmiddelen (SDa). Het MARAN-rapport over 2022 over antibioticaresistentie laat een stabilisatie zien van antibioticaresistentie na jaren van een dalende trend. De veehouderijsector blijft actief om het antibioticagebruik verder terug te dringen.

De daling in de totale Nederlandse veehouderij ten opzichte van referentiejaar 2009 is 77,4%. De grootste daling van 2022 is te zien in de konijnenhouderij met 32,4% en in de varkenshouderij met 23,8%. Niet alle veehouderijsectoren laten een daling ten opzichte van 2021 zien: in de kalkoenhouderij steeg het antibioticagebruik met 4%, in de kalversector met 5,6%. 

De daling van het antibioticagebruik is terug te zien in een daling in antibioticaresistentie bij landbouwhuisdieren. Die daling liet wel een afvlakking zien de afgelopen jaren. Dat meldt Wageningen Bioveterinary Research, partner van de MARAN-rapportage (Monitoring van Antimicrobiële Resistentie en Antibioticagebruik bij dieren in Nederland).  

Ondanks de goede cijfers blijft de veehouderij actief om het antibioticagebruik verder terug te dringen. Op varkensbedrijven met een hoog gebruik blijkt de inzet van een coach goed te werken. Uit Vlaams onderzoek blijkt dat het correct uitvoeren van vaccinaties bij vleeskuikens het gebruik van antibiotica kan terugdringen.  

Goede uitvoering vaccinatie geeft minder antibioticagebruik 

Tijdens een onderzoek in Vlaanderen werden op praktijkbedrijven met een hoog antibioticagebruik verbeteringen uitgevoerd rondom vaccineren. Een deel van de praktijkbedrijven ging aan de slag met een betere uitvoering van de drinkwatervaccinatie. Bij een ander deel van de bedrijven werd gekozen voor een in ovo-vaccinatie van Gumborro. In beide gevallen leidden de verbetering tot een betere bescherming tegen ziekten. In ovo-vaccinaties zijn duurder, maar leiden tot betere productieresultaten en minder arbeid voor vaccinaties op het pluimveebedrijf zelf, stellen de onderzoekers.   

Op de praktijkbedrijven bleken vaak meerdere belangrijke aandachtspunten niet optimaal. Hierbij ging het om bijvoorbeeld onvoldoende reiniging en ontsmetting van de stal en drinklijnen, of de biosecurity. Ook het opstartmanagement en het algemeen management behoefde aandacht.  Optimaliseren van deze aandachtspunten verhoogt het succes van de vaccinatie, draagt bij aan de preventie van ziekten en op die manier ook aan het verlagen aan het antibioticagebruik.  

Coach helpt varkenshouder 

Een coach met kennis van de sector helpt varkensbedrijven met een hoog antibioticagebruik om dit terug te dringen. Dat blijkt uit onderzoek van Heleen Prinsen, themaspecialist Gezonde Dieren bij LTO Nederland. Aan het onderzoek van Prinsen werkten 47 bedrijven mee. Twee jaar lang zorgde een coach bij deze bedrijven voor intensief overleg tussen de varkenshouder, de dierenarts en de veevoeradviseur. Na die twee jaar was er een significant lager antibioticagebruik op de bedrijven.  

Prinsen wijst op het belang van de combinatie van maatregelen. Aandacht voor biosecurity en uitvoering van vaccinaties hadden het grootste effect op de daling van het antibioticagebruik. Ook aandacht voor algemeen management is belangrijk.