Nieuws

Voorvrucht is factor stikstofnood groenbedekker

Groenbedekkers zouden op zand-/lössgrond meer stikstofbemesting nodig hebben dan de verlaagde stikstofgebruiksnorm toestaat. Niet iedereen is het daarmee eens: timing en voorvrucht doen ook veel.

In sommige gevallen zou stikstof voor groenbedekkers –ingezet om restanten stikstof (N) na de hoofdteelt uit de bodem op te nemen- in beperkte mate of helemaal niet nodig zijn. Dit zegt onderzoeker Janjo de Haan van Praktijkonderzoek Plant & Omgeving (PPO, Wageningen UR) in het artikel N-gift groenbemester in de knel (Akker). Hij noemt vollegrondsgroenten en vroege aardappelen voorbeelden van gewassen die voor een goede groenbedekker nog voldoende stikstof achterlaten.

Timing

In de uitgave Groenbedekkers van de Belgische Dienst Bedrijfsadvies wordt uitgegaan van de stelregel bij inzaai van groenbedekkers dat extra bemesting niet nodig is. Stikstofgift (van maximaal 60 kg N/ha) zou alleen overwogen moeten worden bij lage stikstofvoorraad in de bodem (zoals bijvoorbeeld na granen) of bij een vroege zaai. In de uitgave staat ook dat een groenbedekker na de oogst het best zo spoedig mogelijk wordt ingezaaid. Op die manier kan sprake zijn van optimale opname van stikstof.

Afgifte stikstof

En zo zijn er nog vele factoren die bepalen of het bemesten van groenbedekkers überhaupt wel nodig is. Het idee is dat de groenbedekker zich goed ontwikkelt en dat de stikstof van de groenbedekker –door deze onder de grond te werken- wordt ingezet voor het hoofdgewas. Zo is ook het moment van onderwerken van de groenbedekker van belang, evenals het type groenbedekker, de temperatuur en het vochtgehalte van de bodem. (Voeding uit groenbedekkers zonder kerende grondbewerking aanwenden? Lees ook het Groen Kennisnet-artikel Niet-kerende grondbewerking spaart toplaag).

De Haan denkt overigens dat een minder goede ontwikkeling van de groenbedekker niet negatief hoeft te zijn. Akker: 'Want als er bovengronds onvoldoende lijkt te staan, hoeft dat niet te betekenen dat er ondergronds te weinig is'. De onderzoeker legt uit: 'Bij minder stikstof gaat er naar verhouding meer stikstof naar de wortels. Bij veel stikstof ontwikkelt de wortelmassa zich minder. In dat geval doet de groenbemester minder aan de structuur'.

Groenbedekkers

In de Vlaamse uitgave staat nog eens op een rijtje waarom groenbedekkers worden ingezet, los van het stikstofverhaal en de door De Haan genoemde bodemstructuur. Ze dienen ook om erosie tegen te gaan, als onkruidbestrijder en biologische aaltjesbestrijder. In het document van de Belgische Dienst Bedrijfsadvies is te lezen welke groenbemesters er zijn en wat hun prijzen en eigenschappen zijn (zoals stikstofafgifte na onderwerken).


Akkerbouwgewassen en stikstof

De gewijzigde stikstofgebruiksnormen (zie ook Wijzigingen stikstofgebruiksnormen) per 1 januari dit jaar verschillen per locatie en grondsoort. Zo zijn de stikstofgebruiksnormen van vele uitspoelingsgevoelige akker- en tuinbouwgewassen op zuidelijke zand- en lössgronden met 20% verlaagd. Akker: 'Hierdoor zullen steeds meer telers de stikstof die toegestaan is voor de groenbemester geven aan het hoofdgewas'. Wat volgens PPO de optimale stikstofgift is, is te lezen in een artikel van De Haan (en een collega) op Kennisakker uit 2013: Adviesbasis voor de bemesting van akkerbouwgewassen - stikstof.


Voor meer informatie over de gebruiksnormen, zie ook de site van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland: Stikstof gebruiksnorm en gebruiksruimte.



(Bron foto: Pixabay)