Mestbewerking kan economisch interessant zijn
Is mestbewerking op het melkveebedrijf zinvol? Of is het beter de mest onbewerkt af te zetten naar akkerbouwers? Die vraag stond centraal in een onderzoek van Wageningen Livestock Research. De onderzoekers evalueerden de economische waarde van tien verschillende mestproducten vanuit het perspectief van de melkveehouder en van de akkerbouwer.
Het onderzoeksrapport 'De maat van mest' beschrijft de kosten en baten van bewerkte mestproducten. Bij de kosten gaat het om kosten voor stro, huisvesting, mechanische scheiding van mest, monstername en analyse, en transport en toediening op het land. Bij de baten gaat het om de voedingsstoffen nutriënten stikstof (N), fosfor (P) en kalium (K) en de organische stof.
Kostenbesparing
Door toediening van organische mest breng je N, P en K op het land. Je kunt zo besparen op kunstmest. Kijk je alleen naar de kunstmestbesparing en de kosten, dan is mestbewerking in veel gevallen niet gunstiger dan wanneer je onbewerkte mest gebruikt, zo blijkt uit het rapport.
Maar dierlijke mest is meer dan een kunstmestvervanger. De organische stof (OS) in de mest speelt een belangrijk rol voor de bodemgezondheid. Je moet daarom ook de waarde van de OS meerekenen bij de totale economische waarde van mest. In het rapport is gerekend met een waarde 0,20 € per kg effectieve organische stof (EOS, het deel van de OS dat na een jaar overblijft).
Organische stof
Uit het rapport blijkt dat wanneer je ook de waarde van organische stof meerekent, de dikke fractie na mestscheiding economisch interessant wordt. Die fractie bevat veel organische stof. Stromest kan vanwege de grotere hoeveelheid OS en K voor de akkerbouwer interessant zijn, maar stro is wel duur.
Je zou naast de economische waarde ook niet-toegerekende baten kunnen meewegen. Je kunt denken aan milieubaten of baten voor dierenwelzijn. Zo biedt stro in een ligboxenstal of vrijloopstal veel ligcomfort. En scheiding van feces en urine en een snelle afvoer daarvan kan de emissie van ammoniak beperken. Deze afwegingen gelden voor de melkveehouder. Voor de akkerbouwer en melkveehouder kan naast de uitwisseling van stro en mest mogelijk ook grondruil een belangrijke rol gaan spelen in de samenwerking.
(Bron foto: Shutterstock)