Prijs biologische producten dekt meestal de hogere productiekosten
De kosten die agrarisch ondernemers maken voor de productie van biologische producten, wordt in vijf van de zes gevallen gedekt door de opbrengst, zo blijkt uit de Agro-Nutri Monitor 2020 die de Autoriteit Consument & Markt (ACM) en Wageningen Economic Research in oktober publiceerde. Voor de productie van biologische uien, witte kool voor zuurkool, peren, en varkensvlees werden in de periode 2017-2018 de extra productiekosten vergoed, maar dat gold niet voor melk.
Productiekosten
De monitor, die dit jaar voor het eerst gepubliceerd werd, is uitgevoerd in opdracht van het ministerie van LNV. Het ministerie wil verduurzaming van de agrarische sector en voedselketens stimuleren, en wil daarom weten hoe je de de positie van boeren en tuinders in de keten kunt verbeteren. Belangrijke vragen zijn hoe de vergoedingen die boeren en tuinder ontvang zich verhouden tot de extra kosten? Wat zijn netto marges? Welke belemmeringen zijn er om te schakelen naar een duurzame productievarianten?
Duurzame productie is een breed begrip, aldus de monitor. Vanwege praktische overwegingen en beschikbaarheid van data is vooral gekeken naar het verschil tussen gangbare en biologische producten. De onderzoekers hebben gekeken naar uien, witte kool voor zuurkool, peren, tomaten, koemelk en varkensvlees.
Voor alle producten zijn de productiekosten voor de biologische producten hoger dan de gangbare producten. Het verschil in kosten ten opzicht van de gangbare producten varieert ongeveer een derde voor melk tot ongeveer twee en een half keer zoveel voor tomaten ten opzichte van gangbare producten. Met name in de glastuinbouw vraagt de biologische productie een flinke investering omdat het in feite een ander bedrijfssysteem is. Die meerkosten worden voor de meeste producten wel vergoed, maar niet voor melk. Een belangrijke verklaring is dat melkprijzen in 2017 - 2018 relatief laag waren.
Marktomvang
De belangrijkste belemmering voor omschakeling naar biologische producten zitten in de beperkte marktomvang, de beperkte betalingsbereidheid van consumenten en in de omschakelingskosten. Voor alle producten geldt dat de afzetmarkt voor biologische producten in Nederland wel groeit maar dat die groei beperkt is. Daarnaast vindt ook export plaats. Van sommige biologische producten wordt wel 70-80% van de productie geëxporteerd, meldt de monitor, maar de exportmarkt is doorgaans toch minder groot dan bij gangbare producten.
Ook voor de supermarkten zijn er belemmeringen omdat er voor hen maar een beperkt winstmarge zit op biologische producten. Zij hebben te maken met hogere ketenkosten. Gemiddeld maken supermarkten op de meeste onderzochte biologische producten een nettoverlies, met uitzondering van uien en zuurkool. Supermarkten compenseren dit verliest met winsten die ze maken op andere producten; de zogenaamde margemix.
De bedoeling is dat die monitor vanaf nu elk jaar uitgevoerd wordt om de ontwikkelingen in de sector nauwlettend in de gaten te kunnen houden.
Van 18 tot en met 22 januari 2021 wordt de Biokennisweek georganiseerd. Groen Kennisnet besteedt in deze week extra aandacht aan biologische landbouw, met elke dag een bericht over een specifiek onderwerp.
(Bron foto: Shutterstock)