‘vanggewassen and aaltjes’
Biologische bestrijding van appelbloedluis (Eriosoma lanigerum) in de teelt van appel door het lieveheersbeestje Exochomus quadripustulatus
Appelbloedluis vormt sinds jaren een toenemend probleem in de teelt van appels. Eén van de stoffen die de telers voor de bestrijding gebruiken is pirimicarb producten: Pirimor, Agrichem Pirimicarb). Deze stof wordt door waterschappen als een probleemstof aangemerkt, doordat zij vaak in monsters wordt aangetroffen en regelmatig normoverschrijdend is. Biologische bestrijding van appelbloedluis lijkt mogelijk, waardoor het aantal bespuitingen tegen appelbloedluis kan afnemen. Het doel van dit onderzoek is aantonen van een bestrijdend effect van lieveheersbeestje Exochomus quadripustulatus in het voorjaar op appelbloedluis onder praktijkomstandigheden. De bestrijding van appelbloedluis door Exochomus dient zodanig te zijn dat Aphelinus mali en oorwormen de aantasting door appelbloedluis tot eind augustus onder controle kunnen houden.
Plagen in de laanboomkwekerij: appelbloedluis en gleditsiabladgalmug
Appelbloedluis Eriosoma lanigerum is de belangrijkste plaag van Malus in de laanboomteelt. Omdat de soort zich zeer snel kan vermeerderen, kunnen enkele luizen in het voorjaar in korte tijd een plaag veroorzaken. Ook na een chemische bestrijding zullen de overlevende luizen zich snel weer uitbreiden. Er is dus een constante rem op de populatiegroei nodig om een explosie tegen te gaan. Het hier beschreven onderzoek richt zich op de geïntegreerde beheersing van deze plaag.
Plagen in de laanboomkwekerij: appelbloedluis en gleditsiabladgalmug
Appelbloedluis Eriosoma lanigerum is de belangrijkste plaag van Malus in de laanboomteelt. Omdat de soort zich zeer snel kan vermeerderen, kunnen enkele luizen in het voorjaar in korte tijd een plaag veroorzaken. Ook na een chemische bestrijding zullen de overlevende luizen zich snel weer uitbreiden. Er is dus een constante rem op de populatiegroei nodig om een explosie tegen te gaan. Het hier beschreven onderzoek richt zich op de geïntegreerde beheersing van deze plaag.
De appelbloedluis en haar parasiet na de strenge winter 1955/1956
zonder beschrijving
Bestrijding van appelbloedluis door massaintroductie van de sluipwesp Aphelinus mali : technische tussenrapportage 2004-2005
Uit het onderzoek blijkt dat er géén antwoord is op de vraag of het mogelijk is parasiteringspercentage van de appelbloedluis te verhogen door het uitzetten van A. mali doordat slechts 10-20% van de uitgezette sluipwespen is uitgekomen. In 2004 werden de sluipwespen als poppen geleverd en uit onderzoek van de leverancier van de sluipwespen is gebleken dat de weersomstandigheden een belangrijke invloed hebben op het uitkomen van de sluipwesppoppen. De leverancier heeft om die reden besloten in 2005 alleen nog volwassen sluipwespen uit te leveren. De gekozen proefopzet en waarnemingsmethodieken bleken te functioneren en het parasiteringspercentage bleek trendmatig af te nemen met toenemende bloedluisaantasting. Daaruit kan worden afgeleid dat het aantal sluipwespen in mei een beperkende factor is in het systeem van natuurlijke regulatie. In die situatie heeft natuurlijke regulatie door massa-introductie van A. mali theoretisch een kans
Bestrijding van appelbloedluis door massaintroductie van de sluipwesp Aphelinus mali : technische tussenrapportage 2004-2005
Uit het onderzoek blijkt dat er géén antwoord is op de vraag of het mogelijk is parasiteringspercentage van de appelbloedluis te verhogen door het uitzetten van A. mali doordat slechts 10-20% van de uitgezette sluipwespen is uitgekomen. In 2004 werden de sluipwespen als poppen geleverd en uit onderzoek van de leverancier van de sluipwespen is gebleken dat de weersomstandigheden een belangrijke invloed hebben op het uitkomen van de sluipwesppoppen. De leverancier heeft om die reden besloten in 2005 alleen nog volwassen sluipwespen uit te leveren. De gekozen proefopzet en waarnemingsmethodieken bleken te functioneren en het parasiteringspercentage bleek trendmatig af te nemen met toenemende bloedluisaantasting. Daaruit kan worden afgeleid dat het aantal sluipwespen in mei een beperkende factor is in het systeem van natuurlijke regulatie. In die situatie heeft natuurlijke regulatie door massa-introductie van A. mali theoretisch een kans
Stimuleren van de oorwormen als natuurlijke vijand van perenbladvlo en appelbloedluis : technische rapportage van experimenten en observaties in 2006 en 2007
In 2006 en 2007 werd door het Nederlands Instituut voor Ecologie (NIOO) en PPO het project "Biodiversiteit op maat" uitgevoerd. Het project was gericht op het gebruik van biodiversiteit ter stimulering van natuurlijke vijanden van de perenbladvlo. In de perenteelt veroorzaakt dit insect grote problemen. Oorwormen en roofwantsen spelen een dominante rol bij de natuurlijk bestrijding. Het onderzoek richtte zich dan ook op deze twee natuurlijke vijanden. In dit rapport wordt het onderzoek aan oorwormen samengevat. Allereerst wordt een overzicht gegeven van eerder onderzoek over de rol van oorwormen in boomgaarden, gevolgd door een overzicht van de observaties en experimenten.
Stimuleren van de oorwormen als natuurlijke vijand van perenbladvlo en appelbloedluis : technische rapportage van experimenten en observaties in 2006 en 2007
In 2006 en 2007 werd door het Nederlands Instituut voor Ecologie (NIOO) en PPO het project "Biodiversiteit op maat" uitgevoerd. Het project was gericht op het gebruik van biodiversiteit ter stimulering van natuurlijke vijanden van de perenbladvlo. In de perenteelt veroorzaakt dit insect grote problemen. Oorwormen en roofwantsen spelen een dominante rol bij de natuurlijk bestrijding. Het onderzoek richtte zich dan ook op deze twee natuurlijke vijanden. In dit rapport wordt het onderzoek aan oorwormen samengevat. Allereerst wordt een overzicht gegeven van eerder onderzoek over de rol van oorwormen in boomgaarden, gevolgd door een overzicht van de observaties en experimenten.
Selectief spuiten spaart oorwormen, Thema: Doorontwikkelen duurzame gewasbescherming BO-12.03-003.01-001.12
Informatieposter over selectief spuiten onder thema "doorontwikkeling duurzame gewasbescherming". Selectief spuiten spaart oorwormen, die een belangrijke rol kunnen spelen bij de regulatie van plagen als appelbloedluis en perenbladvlo
Selectief spuiten spaart oorwormen : thema: Doorontwikkelen duurzame gewasbescherming BO-12.03-003.01-001.12
Informatieposter over selectief spuiten onder thema "doorontwikkeling duurzame gewasbescherming". Selectief spuiten spaart oorwormen, die een belangrijke rol kunnen spelen bij de regulatie van plagen als appelbloedluis en perenbladvlo
Nevenwerking van gewasbeschermingsmiddelen en bladmeststoffen op oorwormen
Oorwormen zijn belangrijke natuurlijke vijanden van plagen als appelbloedluis en perenbladvlo. Helaas komen in veel Nederlandse boomgaarden maar weinig oorwormen voor. Een van de mogelijke redenen voor hun afwezigheid is het gebruik van bestrijdingsmiddelen. In opdracht van het Productschap Tuinbouw werd daarom onderzocht wat het effect is van de in boomgaarden gebruikte bestrijdingsmiddelen en bladmeststoffen op oorwormen. Het doel van het onderzoek was om van de bestrijdingsmiddelen die in boomgaarden worden toegepast, de voor oorwormen potentieel schadelijke middelen te identificeren. Daarvoor werd samen met de Belgische collega’s van pcfruit een toetsmethode ontwikkeld, waarmee op een snelle en betrouwbare wijze de nevenwerking van middelen kon worden vastgesteld. Vervolgens werden systematisch de in de fruitteelt oegepaste bestrijdingsmiddelen gescreend
Nevenwerking van gewasbeschermingsmiddelen en bladmeststoffen op oorwormen
PT projectnummer 12857, in samenwerking met pcfruit en PRI
Oorwormen (Dermaptera) als belangrijke predatoren in boomgaarden
Oorwormen zijn alleseters. Omdat ze naast dierlijk voedsel en afval ook wel bladeren en vruchten aanvreten, richt een deel van de landbouwkundige aandacht voor oorwormen zich op hun bestrijding als plaag. In de moderne appel- en perenteelt worden oorwormen echter vooral beschouwd als welkome bestrijders van insectenplagen
Interactie tussen maatregelen nodig voor succes van geïntegreerde fruitteelt
Uit gegeven voorbeelden blijkt dat, door rekening te houden met interacties tussen maatregelen tegen ziekten en plagen, een stabieler systeem van biologische of geïntegreerde teelt wordt verkregen. Door onderling samenhangende maatregelen te introduceren in de praktijk wordt de kans op succes vergroot. Dat gebeurt nu in het project Telen met Toekomst
Oorwormen (Dermaptera) als belangrijke predatoren in boomgaarden
Oorwormen zijn alleseters. Omdat ze naast dierlijk voedsel en afval ook wel bladeren en vruchten aanvreten, richt een deel van de landbouwkundige aandacht voor oorwormen zich op hun bestrijding als plaag. In de moderne appel- en perenteelt worden oorwormen echter vooral beschouwd als welkome bestrijders van insectenplagen