Biodiversiteit bloeit in de Van Pallandtpolder: proeftuin laat kansen zien
Regio
Goeree-Overflakkee, Nederland
Onderwerp
Natuurinclusieve melkveehouderij en akkerbouw
Interessant voor
Melkveehouders, akkerbouwers, beleidsmakers
Vanuit het GLB zijn in 2021 22 nieuwe projecten gestart, die eind dit jaar zullen aflopen. Deze GLB-pilots zijn proefprojecten binnen het landbouwbeleid van de Europese Unie die het mogelijk maken nieuwe, innovatieve ideeën en projecten te testen en te ontwikkelen. Groen Kennisnet gaat de komende maanden langs bij verschillende projectleiders en deelnemers om deze pilots in het zonnetje te zetten. Deze keer vertelt Udo Prins van het Louis Bolk Instituut over de resultaten van de proeftuin.
Pioniers van de proeftuin
De proeftuin Van Pallandtpolder, opgericht in 2000, blijft een inspirerend voorbeeld van duurzame en natuurinclusieve landbouw. Deze 70 hectare grote proeftuin, opgezet met grondreserves van de gemeente Goeree-Overflakkee, biedt de mogelijkheid om innovatieve, ecologische bedrijfsmethoden te verkennen. Zo kan deze proeftuin een inspiratie vormen voor de akkerbouw op het hele eiland. Destijds zijn de gronden, na een open inschrijving, gegaan naar twee agrarische ondernemers: een akkerbouwer en een melkveehouder. Dit had als voordeel dat de vruchtwisseling van de akkerbouw en veehouderij eigenlijk in elkaar geschoven konden worden. In hun bedrijfsvoering begonnen ze met gangbare strokenteelt. Maar, van de gemeente Goeree moest het plan ook natuurinclusief zijn.
“Maar ja, hoe doe je dat? Ze hebben toen hulp ingeroepen, onder andere van mij, maar bijvoorbeeld ook Buijtenland van Rhoon” vertelt Prins. In de bedrijfsopzet is toen een groene dooradering gekomen van ongeveer 10 tot 12%. De huidige GLB-pilot gaf de mogelijkheid om de biodiversiteit te monitoren. Wetenschappers en vrijwilligers onderzochten de vogels, insecten, en vegetatieontwikkeling. Ook werd gekeken of het aanleggen van zo’n natuurelementen ook voor andere boeren haalbaar zouden zijn, bijvoorbeeld binnen het ANLb.
Betere biodiversiteit
De monitoring van de biodiversiteit tijdens de pilot liet zien dat het natuurinclusieve bedrijfsplan werkt. In de proeftuin zijn brede stroken van 12m schraal kruidenrijk grasland aangelegd tussen de teeltblokken. Prins legt uit: “dit (red. schraal kruidenrijk grasland) geeft een mooie groene dooradering van het gebied”. Na intensieve monitoring van broedvogels, is het beheer van de stroken en de akkerbouw daarop aangepast. De bevindingen van de onderzoeken zijn hoopgevend: er is een significante toename van vogel- en insectenpopulaties in de proeftuin.
“In de proeftuin zijn brede stroken van 12m schraal kruidenrijk grasland aangelegd tussen de teeltblokken, dit geeft een mooie groene dooradering van het gebied.”
Zoektocht naar passende subsidies
Toch zijn er uitdagingen: financiering voor natuurelementen is moeilijk te krijgen. Prins vult aan: “we vetrokken eigenlijk vanuit het idee: stel je wilt natuurinclusieve akkerbouw voor elkaar krijgen, wat heb je dan nodig? Achteraf dachten we, past dit überhaupt wel in een ANLb pakket?” Er zijn eigenlijk geen pakketten die goed op de brede stroken kruidenrijk grasland aansluiten. Veel pakketten gaan bijvoorbeeld uit van een uitgestelde maaidatum, maar op deze grondsoort gaat dan de botanische kwaliteit van het grasland achteruit. Het is dus ontzettend lastig om de huidige ANLb pakketten aan te laten sluiten bij wat de pioniers in de proeftuin willen bereiken.
Prins legt daarnaast een andere uitdaging bloot. De pakketten binnen het ANLb, zijn meestal kortlopend (6 jaar). De aanleg van de groene stroken op de Van Pallandtpolder is voor langere termijn, daarmee verandert het bestemmingsplan, waardoor de stroken niet meer gebruikt kunnen worden voor akkerbouw. Daarnaast hanteren de collectieven vaak maatregelen op perceelsniveau, terwijl maatregelen op gebiedsniveau cruciaal zijn voor biodiversiteit. Prins: “Er zouden eigenlijk meer samenhangende maatregelen in de regio gezocht moeten worden. Dan kunnen de maatregelen naast elkaar neergelegd worden, zodat ze elkaar versterken”.
Slimme stikstofstrategie
Het project onderzocht ook nutriëntenbeheer, zodat het kunstmestgebruik vermindert kan worden. Door het teeltplan van de akkerbouwer en melkveehouder samen te voegen, is er ruimte gekomen voor grasklaver en veldbonen in de vruchtwisseling. Dit draagt bij aan de extensivering van het bouwplan. Er blijkt nog een ander voordeel aan te zitten. Onderzoek op de proeftuin toonde aan dat grasklaver veel stikstof en organisch materiaal vastlegt. Wanneer het wordt ondergewerkt, is bemesting bij aardappelteelt het jaar erop bijna overbodig. Deze bevindingen zijn waardevol voor andere akkerbouwers in Nederland. Volgens Prins is dit ook voor de natuur van belang: “Als het stikstofbedrijfsoverschot omlaaggaat, dan krijg je minder uitspoeling. Met minder uitspoeling verbetert de waterkwaliteit. Bijna alle insecten hebben een aquatische fase in hun ontwikkeling. Met het verbeteren van de waterkwaliteit, kan de insectenpopulatie dus beter herstellen.”
Pacht, productiviteit en duurzaamheid
Omdat de proeftuin profiteert van relatief goedkope pacht, is het mogelijk om deze duurzame praktijken te implementeren en onderzoeken. Prins vertelt hoe het werkt: “de gronden van de proeftuin worden niet voor de volle agrarische waarde verpacht, ze hebben eigenlijk een wat vriendelijkere pacht. Hierdoor is exentisvering en natuurinclusieve landbouw financieel in te regelen. Voor andere ondernemers, wordt op dit moment financiële ondersteuning voor extensivering eigenlijk niet goed ondersteund. De huidige pachtprijzen stimuleren intensief boeren, en laten weinig ruimte over voor extensivering. Voor herstel van biodiversiteit moet de landbouw extensiveren. Als er naast ontzettend intensieve landbouw een natuurmaatregel wordt gelegd, win je per saldo niet ontzettend veel vanwege het intensieve gebruik van middelen”. Prins pleit dan ook voor het reguleren van de pachtprijzen naar het agrarisch opleverend vermogen, om zeer intensieve landbouw bij eenjarige pachtcontracten te voorkomen.
Trots op de transformatie voor landbouw van de toekomst
De proeftuin Van Pallandtpolder toont aan dat duurzame landbouw mogelijk is, en dat dit tot een significante verbetering leidt voor de biodiversiteit en het milieu. De kennis die hier wordt opgedaan, kan een voorbeeld zijn voor de toekomst van de Nederlandse landbouw. “De twee boeren krijgen ontzettend veel positieve reacties. De vogelaars vinden het bijvoorbeeld fantastisch wat hier gebeurt. Het is ontzettend gaaf om als boer veel positieve reacties te horen, en trots te zijn op wat je voor elkaar krijgt”