Nieuws GLB-pilots

De kracht van vakmanschap voor een gezonde bodem en betere waterkwaliteit: Lessen uit een gebiedsgerichte aanpak 

Bron foto: Groen Kennisnet ©
Samenvatting
  • Regio
    Limburg, Flevoland, Twente, Achterhoek
  • Onderwerp
    GLB pilot, akkerbouw, Gebiedsgerichte aanpak
  • Interessant voor
    akkerbouwers
Bekijk de bronnen
In het kader van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) zijn onlangs 22 unieke projecten gestart, waaronder de pilot ‘gebiedsgerichte aanpak bodem en water’. Dit project onderzoekt hoe de verduurzaming van de landbouw praktisch kan worden gerealiseerd door het verbeteren van watersystemen en bodembeheer. Deze landbouwtransitie vereist regionale samenwerking, waarbij betrokken partijen gezamenlijk werken aan bodem- en wateropgaven in specifieke gebieden. Elma Haakmeester deelt haar waardevolle inzichten uit deze GLB-pilot.
In samenwerking met

Vanuit het GLB zijn in 2021 22 nieuwe projecten gestart, die eind dit jaar zullen aflopen. Deze GLB-pilots zijn proefprojecten binnen het landbouwbeleid van de Europese Unie die het mogelijk maken nieuwe, innovatieve ideeën en projecten te testen en te ontwikkelen. Groen Kennisnet gaat de komende maanden langs bij verschillende projectleiders en deelnemers om deze pilots in het zonnetje te zetten. Deze keer vertelt Elma Haakmeester van het Kadaster over haar ervaringen met de pilot ‘gebiedsgerichte aanpak bodem en water’. 

Doelstellingen en het DAW-programma 

Samen met het Deltaplan Agrarisch Waterbeheer (DAW) werken organisaties zoals LTO, waterschappen, provincies, Kadaster, en diverse ministeries sinds 2014 vanuit een programmatische aanpak aan waterkwaliteit, waterbeschikbaarheid en het verdienvermogen van de landbouw. De kennis en ervaringen uit deze projecten zijn geïntegreerd in de huidige pilot ‘gebiedsgerichte aanpak bodem en water’. Hoewel individuele agrariërs stappen kunnen zetten richting verduurzaming, is samenwerking op regionale schaal cruciaal. Elma Haakmeester haalt een voorbeeld aan: "Het hangt er vanaf waar een boerenbedrijf staat, maar het aanleggen van een zuivering op een wasplaats, dat is goed voor de waterkwaliteit. Maar, hoe zorg je dat er effecten komen op gebiedsniveau? Hoe krijg je een domino-effect, zodat voorloperbedrijven ook andere bedrijven meenemen, en dat er animo ontstaat op gebiedsniveau om dingen op te pakken?". Door samen te werken kunnen boeren, tuinders en telers optimaal bijdragen aan de bodem- en waterdoelen. Tijdens de pilot zijn praktische hulpmiddelen ontwikkeld, zoals begrotingsmodellen en visualisatie-tools die de doelen op gebiedsniveau verduidelijken. Ook zijn concrete uitvoeringstoepassingen uitgetest.

Verschillende gebieden, verschillende doelen 

Om een effectief gebiedsplan te ontwikkelen, moet rekening worden gehouden met de specifieke uitdagingen in elk gebied. In deze pilot werden vier regio's betrokken: de Achterhoek, Flevoland, Limburg en Twente. Elke regio had zijn eigen prioriteiten; zo lag in Noord-Oost Twente en de Achterhoek de focus op waterbeschikbaarheid, terwijl in Limburg de waterkwaliteit de grootste zorg was. Deze maatwerkaanpak helpt om de doelstellingen per regio helder te definiëren en aan te passen aan de lokale omstandigheden. 

Samen vooruit: Stappen in de praktijk 

Een van de praktische resultaten van de pilot is de ontwikkeling van een 'reisplanner' die samenwerking binnen een gebied vergemakkelijkt. Soms is een externe impuls nodig om beweging te creëren, zoals een droom of een verplichting. Succesvolle samenwerking hangt echter af van vele factoren. 

Elma Haakmeester benadrukt het belang van een gedeeld inzicht: ''Het draait eigenlijk om een stukje gemeenschappelijke waarheidsvinding,''  legt ze uit. In een deelstroomgebied in Limburg was bijvoorbeeld de stikstofconcentratie in het water vijf keer hoger dan de norm. Onderzoek op perceelniveau hielp om meer inzicht te krijgen in de koppeling tussen teelt en de mate van uitspoeling van nutriënten. Ook bleek uit geohydrologisch onderzoek van het waterschap dat diepere ondergrondse grondwaterstromen een significante bijdrage leverden aan de stikstofconcentratie in het water. Door dit praktijkgerichte onderzoek, ontstond niet alleen eigenaarschap bij de boeren, maar konden zij ook gerichte stappen zetten om het probleem aan te pakken. Dit zorgde voor meer vertrouwen en minder frustratie. 

Daarnaast was Elma heel blij dat er demo's gedaan konden worden binnen de pilot, "Er is ook een maïs en een prei demo uitgevoerd, waarbij je een concreter zicht krijgt op uitspoeling." Daarnaast konden nieuwe deelnemers ook gaandeweg nog aansluiten, wat hielp om maandelijks samen te kijken naar de ontwikkelingen in het gebied.

“Ga zoveel mogelijk uit van elkaars vakmanschap, en benut dat ook”

Elma Haakmeester, 2024

Kleine stapjes, grootse veranderingen 

''Blijf gefocust op de afgesproken doelen, vooral nu beleidsplannen rondom het landelijke gebied continu veranderen,'' zegt Haakmeester. “Ook al zijn de omstandigheden niet altijd ideaal, kleine stappen maken een groot verschil. Te lang wachten met uitvoering omdat alles tot in de puntjes moet worden uitgewerkt, kan de voortgang vertragen. Het is belangrijk om beweging te creëren en gaandeweg kun je dan de aanpak nog wel bijstellen.” 

Vakmanschap als sleutel 

Een andere belangrijke les uit de pilot is het benutten van vakmanschap. Door niet vast te houden aan strikte richtlijnen, maar de kennis en ervaring van betrokken partijen te benutten, kunnen duurzame oplossingen ontstaan. Het vakmanschap van boeren, agrarische collectieven, waterschappen, provincies en regionale LTO-afdelingen speelt hierbij een cruciale rol. Door samen te werken en elkaars expertise te benutten, worden gezamenlijke oplossingen gevonden voor complexe uitdagingen. Haakmeester: "Ga zoveel mogelijk uit van elkaars vakmanschap, en benut dat ook. In de eerste plaats het vakmanschap van de boer, maar bijvoorbeeld ook van het agrarisch collectief of het waterschap dat veel van de hydrologie weet en van de provincie, die veel van ruimtelijke ordening weet."

De mens centraal 

Een succesvolle gebiedsgerichte aanpak vraagt ook om het goed borgen van afspraken. Tijdens de pilot werd de voortgang gemonitord door gespreksverslagen en regelmatige evaluaties. Toch benadrukt Haakmeester dat, ondanks het belang van systemen en processen, de mens centraal moet staan. ''Regionaal maatwerk en het benutten van elkaars vakmanschap zijn de sleutels tot succes,'' stelt ze. ''Het zijn de mensen die het verschil maken.''