Gele kwikstaart broedt succesvol tussen bollen

Onderwerp
biodiversiteit, duurzame bollenteelt
Interessant voor
bollentelers, adviseurs
“De resultaten laten zien dat het bollenlandschap verrassend veel potentie heeft voor soorten die het elders moeilijk hebben, zoals de gele kwikstaart, patrijs, kievit, veldleeuwerik en scholekster – de ‘High Five’ van de Bollenstreek.”
In het voorjaar van 2024 werden op ruim 16 hectare bloembollenpercelen van JUB Holland vier nesten van de gele kwikstaart gevonden, goed voor 22 eieren. Maar liefst 20 kuikens vlogen succesvol uit. Op basis van veldobservaties wordt geschat dat het werkelijke aantal nesten tussen de vijf en zeven ligt. Dit komt neer op 30,9 tot 43,2 nesten per 100 hectare – een opvallend hoge dichtheid vergeleken met andere akkerbouwgebieden in Nederland.
Een landschap dat werkt voor vogels
De gele kwikstaart is een pure insecteneter en daardoor sterk afhankelijk van voldoende voedsel in het broedseizoen. Uit veldobservaties blijkt dat de vogels bij JUB Holland actief foerageren in sloten, op slootkanten én in bloembolgewassen zoals hyacinten en tulpen. De combinatie van gewasdiversiteit, bloemrijke vegetatie langs waterlopen en open delen in het perceel biedt een gunstig microklimaat voor insecten – en dus voor jonge vogels.
Bollenteelt met verrassend veel biodiversiteitspotentieel
Promovendus Hugo Langezaal (NIOO-KNAW), die het onderzoek uitvoerde, benadrukt het bredere belang van deze bevindingen: “De resultaten laten zien dat het bollenlandschap verrassend veel potentie heeft voor soorten die het elders moeilijk hebben, zoals de gele kwikstaart, patrijs, kievit, veldleeuwerik en scholekster – de ‘High Five’ van de Bollenstreek.” Dankzij langdurige monitoring en zorgvuldig veldwerk ontstaat steeds meer inzicht in wat werkt voor deze soorten. Deze kennis draagt bij aan een natuurinclusievere bollenteelt. In combinatie met langjarige monitoring en goed veldwerk krijgen we steeds beter zicht op wat wérkt voor deze soorten. Inzichten uit het onderzoek kunnen bijdragen aan het realiseren van meer biodiversiteit in de bollenteelt met speciale aandacht voor bollenvogels en het toewerken naar een meer natuurinclusieve vorm van landbouw.”
Gele kwikstaarten in de Bollenstreek
Bron: NIOO-KNAW
Praktische maatregelen met blijvend effect
JUB Holland werkt al jaren aan biodiversiteitsbevorderende maatregelen, samen met partners zoals Agrarische Natuur- en Landschapsvereniging Geestgrond. Voorbeelden zijn bloemrijke akkerranden, gefaseerd maaien van slootkanten, natuurvriendelijke oevers en de aanleg van een ‘stapsteen’ – een kleine biotoop met inheemse kruiden en struiken, gericht op de patrijs maar waardevol voor meerdere soorten. De omgeving van het bedrijf is ingericht met eendenkorven en beplanting die het landschap versterkt. Deze en meer voorbeelden zijn vertaald in een poster waar maatregelen voor biodiversiteit in de bollenstreek uitgebreider beschreven staan.
Biodiversiteit als vast onderdeel van bedrijfsvoering
Volgens directeur Dolph Uittenbogaard is biodiversiteit geen tijdelijk project, maar een structureel onderdeel van de bedrijfsvoering: “Als bloembollenkweker werk je dagelijks in het landschap – dan voel je de verantwoordelijkheid om daar goed voor te zorgen. We combineren onze teelt al jaren met maatregelen die natuur en landbouw in balans brengen. Dit onderzoek laat zien dat die aanpak werkt – voor de soorten, voor de regio en voor de toekomst van ons vak.”
“Dit onderzoek laat zien dat die aanpak werkt – voor de soorten, voor de regio en voor de toekomst van ons vak.”
Lokale inzet, landelijke betekenis
De resultaten sluiten aan bij twintig jaar gestandaardiseerde tellingen door Agrarische Natuur- en Landschapsvereniging Geestgrond, waaruit blijkt dat soorten als de gele kwikstaart, veldleeuwerik en patrijs zich in de Bollenstreek relatief goed handhaven. Dankzij de toevoeging van concrete broedgegevens ontstaat een scherper beeld van hoe natuurinclusieve maatregelen lokaal bijdragen aan soortenbehoud – met waardevolle lessen voor andere regio’s.