Voorkom bodemverdichting met deze tips

In Flevoland is de kans op verdichting van de ondiepe ondergrond (30 tot 60 cm diep) groot door het gebruik van zware machines en teelten met late oogstmomenten. Vooral zand- en lichte zavelgronden lopen een hoog risico op permanente verdichting, omdat deze gronden niet herstellen. Kleigronden kunnen gedeeltelijk herstellen door te krimpen en te zwellen. Voor alle grondsoorten geldt dat het voorkomen van bodemverdichting het allerbelangrijkste is.

Door de toenemende mechanisatie en intensivering zijn de wiellasten toegenomen, wat de kans op bodemverdichting vergroot. Daarnaast wordt er vaker geoogst onder minder gunstige (nattere) omstandigheden door een slechte afstemming tussen landbouwers, afnemers en loonwerkers. Kleigronden worden vaker dan zandgronden onder vochtige omstandigheden bereden, omdat het grootste deel van de rooivruchten op kleigronden wordt geteeld.

Belangrijkste tips

• Vermijd bewerking en oogst onder natte omstandigheden: Dit voorkomt dat de bodemstructuur beschadigd raakt.
• Gebruik het risicobeoordelingsprogramma Terranimo: Dit programma, dat ook de specifieke Flevoland-bodems omvat, helpt bij het bepalen of de bodem in de juiste conditie verkeert.
• Verlaag bandenspanning en wiellast: Volg de aanwijzingen van Terranimo of gebruik de vuistregel.
• Teel dieper wortelende gewassen en groenbemesters: Verander de teelten en gebruik andere rassen om de bodemstructuur te verbeteren door te zaaien en te oogsten bij droger weer.
• Verhoog organische stof in de bodem: Houd de organische stof op peil, maak vaste rijpaden en pas niet-kerende grondbewerking (NKG) toe. Bevorder natuurlijk herstel door een goede drainage.
• Gebruik nieuwe technieken: Maak gebruik van ultraflexibele lagedrukbanden, rupsbanden, bovenover ploegen, drukwisselsystemen, lichtere autonome landbouwvoertuigen en scheid oogst en transport.