Aandacht voor melkwinning
In vier artikelen besteedt het vakblad aandacht aan verschillende aspecten van melkwinning. In het eerste aritkel 'Waar moet-ie staan? Ook multibox biedt flexibiliteit' wordt de multibox uitgelicht. In een multibox kunnen twee of meer koeien tegelijk worden gemolken met een aansluitarm. Zo'n multibox bespaart dus geld en ruimte. Of het plaatsen van zo'n multibox zin heeft, hangt af van de hoeveelheid koeien die je moet melken. Een monobox heeft een capaciteit van zo'n 60 koeien. Een multibox heeft een grotere capaciteit. Het artikel noemt een aantal aandachtspunten: Waar plaats je een multibox? Welke typen zijn er? Hoe richt je je melkstal in?
Melkwinningsmonteur
Voor het plaatsen van melkinstallaties is specifieke kennis nodig. Veel monteurs, zeker net afgestudeerde monteurs, blijken kennis te ontberen. De monteurs met een mechatronica-, elektronica- of metaalopleiding. missen de specifieke kennis over het melken. Daarom zette PTC+ samen met ROC Aventus, Friesland College en Fedecom Academy een BBL-opleiding melkwinningsmonteur (niveau 3) op. In het artikel 'Leren over melken' legt Lieke Lobregt van PTC+ uit wat die opleiding inhoudt. Naast technische kennis wordt er aandacht besteed aan stalinrichting, dierziekten en de koe in het algemeen. Daarnaast is er veel aandacht voor elektronica, pneumatiek en koeling.
Melkkoeling
Melkveehouders moeten, om de melkkwaliteit te behouden, de nog warme verse melk koelen. Ze doen dat het liefst met gebruik van zo weinig mogelijk energie. In het artikel 'Energie oogsten' worden twee methoden genoemd om melk te koelen. Er is een platenkoeler en een buizenkoeler.
De hoeveelheid energie die je nodig hebt om te koelen varieert. Uit een onderzoek van 2014 blijkt dat het energieverbruik 12 kWh per 1.000 kg melk is, zonder voorkoeler. Gecombineerd met een voorkoeler, was het verbruik nog maar een derde daarvan: 4 kWh per 1.000 kg melk. De grootste verbruikers hadden meer dan 16 kWh nodig voor het koelen van 1.000 kg melk.
Om energie te sparen, kun je de warmte van de melk ook terugwinnen. Het opgewarmde koelwater kun je gebruiken voor drinkwatervoorziening of het uitwendig reinigen van de melkstal. Er zijn systemen waarmee je het water kunt opwarmen tot zo’n 45 à 55 °C. Dat is de temperatuur die je nodig hebt om kunstmelk voor de kalveren aan te maken. Voor inwendige reiniging van robot of melkinstallatie is warmer water nodig. Voor dit laatste kun je een gasboiler voeden met het voorverwarmde water.
Tijd
Dat je voor het melken de tijd moet nemen, maakt de infographic 'Neem de tijd' duidelijk. Op een pagina neemt het vakblad de tijdsplanning rond het melken onder de loep.
(Bron foto: Thinkstock)